2b - 1.7 - les 1 - Test je voorkennis!

Welkom!
Wat ligt er op je tafel?








           
           Kom binnen en  
           ga zitten op                     jouw plek.



1
WELKOM!
2
 Schrift
   Pen
 Laptop
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Wat ligt er op je tafel?








           
           Kom binnen en  
           ga zitten op                     jouw plek.



1
WELKOM!
2
 Schrift
   Pen
 Laptop

Slide 1 - Tekstslide

1. We maken een toets
2. Je luistert naar de instructie
3. Je maakt jouw opdrachten
4. Je gaat je aanmelden bij
    NUMO
Vandaag
Grammatica H1.7
Programma

Slide 2 - Tekstslide

Wat heb je het afgelopen jaar geleerd over grammatica?

Slide 3 - Open vraag

We gaan een toets maken over grammatica. Het is een tijdje geleden, dus fouten maken kan gebeuren en is niet erg.

Na deze toets weet je precies
welke opdrachten je  moet maken
deze week.

Veel succes!!

Slide 4 - Tekstslide

Je krijgt een aantal vragen. Bij de eerste drie opdrachten, schrijf je de persoonsvorm (pv) op.

VOORBEELD:

DE KAT POEPT OP DE KRANT.

Je typt dit:
pv=poept

Slide 5 - Tekstslide

1. pv Anton leest een roman.

Slide 6 - Open vraag

2. pv Mijn kat maakt de beste selfies.

Slide 7 - Open vraag

3. pv Wanneer speel jij die creatieve game?

Slide 8 - Open vraag

Je krijgt een aantal vragen. Bij de volgende drie opdrachten, schrijf je de persoonsvorm (pv) en het werkwoordelijke gezegde (wg) op.

VOORBEELD:
DE KAT HEEFT DE ZATERDAGKRANT GELEZEN.

Je typt dit:
pv=heeft
wg=heeft gelezen

Slide 9 - Tekstslide

4. pv en wg. Heb jij dat wel gevraagd?

Slide 10 - Open vraag

5. pv en wg. Jan heeft boeken gekocht.

Slide 11 - Open vraag

6. pv en wg. Dorine heeft een verhaal geschreven.

Slide 12 - Open vraag


Schrijf in je schrift hoeveel van de zes vragen over pv en wg je goed had.
Doe het zo:

pv/wg: ........ vragen goed


Slide 13 - Tekstslide

Bij de volgende drie opdrachten, schrijf je het onderwerp op.

Je doet het zo:
o=hij

Slide 14 - Tekstslide

7. o. Mijn zusje heeft een nieuwe fiets gekregen.

Slide 15 - Open vraag

8. o. Dat heb ik je gisteren toch gemaild?

Slide 16 - Open vraag

9. o. Onze docent heeft de vragen gemaakt?

Slide 17 - Open vraag


Schrijf in je schrift hoeveel van de 3 vragen over o je goed had.
Doe het zo:

o: ........ vragen goed


Slide 18 - Tekstslide

Bij de volgende drie opdrachten zet je zinsdeelstrepen.

Je doet het zo:
Ik /ga/naar de supermarkt./

Slide 19 - Tekstslide

10. Met de telefoon klik je op het juiste antwoord.

Slide 20 - Open vraag

11. Tijdens kahoot mogen de leerlingen hun mobiel gewoon gebruiken.

Slide 21 - Open vraag

12. Fortnite mag nooit verdwijnen.

Slide 22 - Open vraag


Schrijf in je schrift hoeveel van de 3 vragen over zinsdeelstrepen je goed had.
Doe het zo:

Zinsdeelstrepen: ........ vragen goed


Slide 23 - Tekstslide

Bij de volgende drie opdrachten schrijf je het lijdend voorwerp op.

Je doet het zo:
lv= het geld

Slide 24 - Tekstslide

13. lv - Sommige apps bieden helaas vervelende diensten.

Slide 25 - Open vraag

14. lv - Apps hebben natuurlijk veel voordelen.

Slide 26 - Open vraag

15. lv - Met de app YikYak kun je bijvoorbeeld anonieme berichten sturen

Slide 27 - Open vraag


Schrijf in je schrift hoeveel van de 3 vragen over het lijdend voorwerp je goed had.
Doe het zo:

LV: ........ vragen goed


Slide 28 - Tekstslide

Pffffffffffff.....klaar.





Met welke onderwerpen ga jij deze week aan de slag?
Op de volgende dia staat welke opdrachten daarbij horen!

Slide 29 - Tekstslide

Ga naar hoofdstuk 1.7 blz. 58 t/m 66.



  • ww gezegde: (pv en ww): opdracht 1,2,3,4;
  • onderwerp (O): opdracht 5;
  • zinsdelen: opdracht 6, 7 en 10;
  • lijdend voorwerp: opdracht 8;
  • extra oefenen mix: opdracht 11, 12 en 13.

Slide 30 - Tekstslide