Je legt uit wat negatieve getallen zijn, je plaatst ze op de getallenlijn en je vergelijkt ze. Je legt uit wat gehele getallen zijn. Je telt op en trekt af met eenvoudige positieve en negatieve (decimale) getallen, ook op je rekenmachine.
Slide 4 - Tekstslide
Wat gaan wij leren vandaag?
Je vertelt van twee (gehele of decimale) getallen (allebei positief of negatief, of de een positief en de ander negatief) welke het grootst is (met behulp van een getallenlijn).
Je vergelijkt twee getallen met breuken (allebei positief of negatief, of de een positief en de ander negatief) en geeft aan welke het grootst is.
Slide 5 - Tekstslide
+ en - op de getallenlijn
+ is naar Rechts op de getallenlijn.
- is naar links op de getallenlijn.
De getallenlijn kan je helpen om sommen op te lossen.
Hoeveel is 1 - 5?
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Inkomen
Uitdagend
Slide 8 - Tekstslide
Inkomen
Uitdagend
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
We gaan aan de slag!
Doelen deze week:
Les 1: 6.1.1 Negatieve getallen
Les 2: 6.1.2 Gehele getallen vergelijken
6.1.3 Optellen en aftrekken met negatieve getallen
Slide 12 - Tekstslide
Kunnen wij het nu?
Je vertelt van twee (gehele of decimale) getallen (allebei positief of negatief, of de een positief en de ander negatief) welke het grootst is (met behulp van een getallenlijn).
Je vergelijkt twee getallen met breuken (allebei positief of negatief, of de een positief en de ander negatief) en geeft aan welke het grootst is.
Slide 13 - Tekstslide
Hieronder zie je tien getallen.
4,5 -2 0,5 -1,5 3 -1 1,5 -0,5 -4 2,5
a. Schrijf de tien getallen op van klein naar groot.
b. Teken een getallenlijn en geef daarop deze tien getallen aan.