Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2A JDW - Fictie
WELKOM BIJ HET VAK NEDERLANDS!
Mevrouw Duinhouwer
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
3 videos
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
WELKOM BIJ HET VAK NEDERLANDS!
Mevrouw Duinhouwer
Slide 1 - Tekstslide
Leeslijst
Slide 2 - Tekstslide
Pak je leesboek en ga lekker lezen.
Heb je je leesboek niet bij je? Dan lees je een verhaal uit het lesboek:
Test bladzijde 204 t/m 206 of Bloedbroeders bladzijde 207 t/m 210
timer
15:00
Slide 3 - Tekstslide
Literaire
begrippen
Pak je schrift:
Maak notities
Schrijf de antwoorden op de vragen in je schrift
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoel
Ik ken de literaire begrippen zoals perspectief, ruimte, personages, motieven en tijd en kan deze herkennen in verhalen
Slide 5 - Tekstslide
Wat zijn literaire begrippen?
Literaire begrippen zijn elementen die in boeken of teksten voorkomen en die iets betekenen of symboliseren.
Slide 6 - Tekstslide
Schrijf op in je schrift: welke perspectieven weet je nog?
(vraag 2)
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Personale verteller / hij-perspectief
Verteller speelt geen rol in de vertelde geschiedenis.
Verhaal is in hij-vorm geschreven.
Deze hij-figuur staat in de gebeurtenissen centraal.
Hij kan een van de personages uit het verhaal zijn (dus ook betrokken bij de gebeurtenissen).
Lezer beleeft mee vanuit zijn visie en weet alles wat deze figuur denkt, doet en voelt.
Wat andere personages voelen of denken is deze figuur niet bekend.
Slide 9 - Tekstslide
Ik-perspectief
Verteller speelt een rol in de vertelde geschiedenis.
Verhaal is in de ik-vorm geschreven.
Verteller kan er (net als in personaal perspectief) voor kiezen zijn personage iets te laten vertellen wat in het verleden is gebeurd.
Vraag je af hoe betrouwbaar is het perspectief?
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Welk perspectief is in het filmpje het meest aanwezig?
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 4)
A
hij-perspectief
B
ik-perspectief
C
alwetende verteller
D
onzichtbare verteller
Slide 13 - Quizvraag
Ruimte
Ruimte verwijst naar de omgeving waarin een verhaal zich afspeelt en hoe deze omgeving wordt beschreven.
Slide 14 - Tekstslide
Voorbeelden een kamer, stad, weiland, tunnel etc.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Welke invloed kan het perspectief hebben op een ruimte in een verhaal?
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 5)
Slide 17 - Tekstslide
Tijd
Tijd verwijst naar de volgorde van gebeurtenissen in een verhaal en hoe deze worden gepresenteerd.
Slide 18 - Tekstslide
Volgorde
Chronologisch:
het verhaal is weergegeven in de volgorde waarin de gebeurtenissen zich afspelen of hebben afgespeeld.
Sujet:
korte samenvatting in dezelfde volgorde als het verhaal dat is weergegeven in een boek.
Fabel:
korte chronologische weergave van alle gebeurtenissen.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
In welke tijd speelt dit verhaal zich af?
Hoe zie je de verandering in tijd in deze film?
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 6)
Slide 21 - Tekstslide
Tijd en vertellen
Ab ovo
(vanaf het ei): normale chronologische volgorde vanaf het begin.
In media res
(midden in de zaken): midden in het verhaal beginnen en daarna pas de voorgeschiedenis vertellen.
Post rem
(na de zaak): het hele verhaal achteraf vertellen.
Slide 22 - Tekstslide
Een verhaal dat begint als een sprookje wordt verteld ....
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 7)
A
Abo ovo
B
In media res
C
Post rem
Slide 23 - Quizvraag
Een verhaal waarin eerst het einde wordt verteld, is ... verteld.
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 8)
A
Abo ovo
B
In media res
C
Post rem
D
Het is bijna weekend.
Slide 24 - Quizvraag
Personages
Personages zijn de mensen, dieren of fictieve wezens in een verhaal.
Slide 25 - Tekstslide
Personages
Karakter
(round character): maakt een ontwikkeling door.
Type
(flat character): maakt
geen
ontwikkeling door.
Speaking name
: de naam van het karakter beschrijft zijn of haar belangrijkste eigenschap. Vaak is dit toegepast bij een type.
Slide 26 - Tekstslide
Personages
Identificatie
:
het kunnen inleven in een karakter (of type).
Antiheld
: een hoofdpersoon waarmee jezelf identificeren lastig is.
Slide 27 - Tekstslide
Verteltijd en vertelde tijd
Verteltijd:
de tijd die nodig is om het boek (voor) te lezen.
Vertelde tijd:
de tijd die voorbij gaat in het verhaal.
Slide 28 - Tekstslide
Tijdsprongen
Flashforward (anticipatie): een onderbreking van de chronologie een weergegeven toekomstbeeld.
Flashback (terugblik): een onderbreking van de chronologie door een weergegeven terugblik.
Een tijdreis is geen tijdsprong!
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Video
Wat gebeurt er met de tijd in deze clip?
Schrijf het antwoord in je schrift vraag 9)
Slide 31 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een tijdsprong en een tijdversnelling?
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 10)
Slide 32 - Tekstslide
Tijdverwerking
Tijdverdichting: een grote tijdsduur wordt kort afgehandeld.
Tijdsprong: een periode (in het leven van een karakter) wordt niet beschreven. Vaak gebeurt dit bij witregels of een nieuw hoofdstuk.
Tijdversnelling: langdurige gebeurtenissen worden kort verteld.
Tijdvertraging: het langzaam vergaan van de tijd in het verhaal draagt bij aan de opbouw van spanning.
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Het fragment op de vorige slide uit Tonio is een voorbeeld van ...
Schrijf het antwoord in je schrift (vraag 11)
A
tijdversnelling
B
tijdvertraging
Slide 35 - Quizvraag
Kleine problemen
Grote problemen
timer
8:00
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Bladzijde 192
Lees het verhaal (tekst 1) en maak
daarna opdracht 2
Slide 38 - Tekstslide
Lees tekst 2 op bladzijde 194 - 195
Maak daarna opdracht 3
Slide 39 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Fictie literaire begrippen HV3
September 2021
- Les met
38 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Les 12 - Literaire begrippen en 'De Zelfmoordenaar'
Oktober 2021
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Literaire mindmap
December 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Vertelperspectieven in film [#TAGGED, RAAK, SIRENE, BIZARRE SAMENLOOP VAN OMSTANDIGHEDEN]
Februari 2024
- Les met
14 slides
door
Filmeducatie
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
Filmeducatie
Algemene les: Vertelperspectieven in film
Februari 2024
- Les met
10 slides
door
Filmeducatie
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
Filmeducatie
Mavo 3 Verhaalanalyse leeskring
Februari 2024
- Les met
26 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
2G 14 juni literaire mindmap bij een kort verhaal
Juni 2022
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2G literatuurles mindmap 28 mei 2024
Mei 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2