klas 1 Instructie schrijven

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

klas 1 Instructie schrijven

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk presenteren
3.3 Lezen 20 t/m 25 
Groepje van 3-4

Elke vraag samen bespreken. Vergelijk de antwoorden.
Schrijf ze op 1 blaadje namens de hele groep!
Straks: ieder groepje kan 1 vraag/antwoorden presenteren aan de rest van de klas
timer
20:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stille chille leestijd
Geen boek bij je?
Schrijf een verhaal, minstens 1 A4 op papier
In het verhaal zorg je ervoor dat er minstens twee spannende actiescenes gebeuren
timer
18:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie
= een uitleg in stappen hoe je iets moet doen
(p. 18 van je werkboek)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is een recept een goed voorbeeld van een instructie?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tekstdoel informeren
Je leest de tekst om iets te weten te komen.
Als je het tekstdoel weet, dan weet je wat je kunt verwachten van de tekst.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat klopt hier niet?
Haal de bananen uit de schil en prak fijn met een vork. 
Voeg eerst de eieren toe en kluts los. Meng de havermout erdoor. 
Verwarm ten slotte een grote koekenpan met een beetje olijfolie of kokosolie. Bak pannenkoekjes van ongeveer 10 centimeter doorsnee. Rooster daarvoor in een andere (droge) pan de kokosrasp goudbruin. Serveer de bananenpannenkoekjes met de blauwe bessen, kokos en eventueel wat honing of ahornsiroop.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haal de bananen uit de schil en prak fijn met een vork. 
Voeg eerst de eieren toe en kluts los. Meng de havermout erdoor. 
Verwarm ten slotte een grote koekenpan met een beetje olijfolie of kokosolie. Bak pannenkoekjes van ongeveer 10 centimeter doorsnee. Rooster daarvoor in een andere (droge) pan de kokosrasp goudbruin. Serveer de bananenpannenkoekjes met de blauwe bessen, kokos en eventueel wat honing of ahornsiroop.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haal eerst de bananen uit de schil en prak fijn met een vork. 
Voeg daarna de eieren toe en kluts los. Meng hierna de havermout erdoor. 
Verwarm intussen een grote koekenpan met een beetje olijfolie of kokosolie. Bak zodra de pan warm is pannenkoekjes van ongeveer 10 centimeter doorsnee. Rooster terwijl je de pannenkoekjes bakt in een andere (droge) pan de kokosrasp goudbruin. Serveer ten slotte de bananenpannenkoekjes met de blauwe bessen, kokos en eventueel wat honing of ahornsiroop.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"Ten tweede is het belangrijk om een goede tent mee te nemen op kamp."

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom wijst "ten tweede" in de zin "Ten tweede is het belangrijk om een goede tent mee te nemen op kamp." niet op een tijdsvolgorde?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden die wijzen op tijdsvolgorde
eerst, nadat, voordat, daarna, ten slotte, toen, terwijl, zodra

Het gaat om de volgorde.
De volgorde kan je niet veranderen.

Bij een opsomming maakt de volgorde niet uit.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Skillsbroodjes!
Wat was dit jaar het favoriete broodje?



Voor wie waren de recepten geschreven?
Wat is er dan belangrijk?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijfopdracht
Schrijf een recept voor je favoriete broodje of tosti.
Zorg ervoor dat er vijf signaalwoorden die een tijdsvolgorde aangeven aan het recept worden toegevoegd. 

Jullie krijgen hiervoor 10 minuten de tijd.
 Maak van 4.3 Lezen vraag 9 of lees in je leesboek 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haal eerst de bananen uit de schil en prak fijn met een vork. 
Voeg daarna de eieren toe en kluts los. Meng hierna de havermout erdoor. 
Verwarm intussen een grote koekenpan met een beetje olijfolie of kokosolie. Bak zodra de pan warm is pannenkoekjes van ongeveer 10 centimeter doorsnee. Rooster terwijl je de pannenkoekjes bakt in een andere (droge) pan de kokosrasp goudbruin. Serveer ten slotte de bananenpannenkoekjes met de blauwe bessen, kokos en eventueel wat honing of ahornsiroop.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wissel jullie papieren uit
1. Zijn er minstens vijf verschillende signaalwoorden gebruikt die wijzen op een tijdsvolgorde?
2. Is de instructie nu beter op te volgen? Leg uit waarom wel of niet.

3. Vond je het moeilijk om de tekst te herschrijven? Leg uit waarom wel of niet. 
4. Zou je het de volgende keer anders aanpakken? Leg uit.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kunnen jullie signaalwoorden die een tijdsvolgorde aangeven herkennen in een tekst?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Heeft deze les je geholpen om zelf signaalwoorden te gebruiken om een tijdsvolgorde aan te geven in een tekst?
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een instructie schrijven
Wanneer je een intstructie gaat schrijven is het belangrijk om te bedenken in welke volgorde je de informatie zet.

  • Met welke informatie begin je?
  • Welke informatie schrijf je daarna?
  • Met welke informatie eindig je?

Slide 29 - Tekstslide

Je hebt net zelf gemerkt hoe het is om iets zonder en met een instructie te doen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 3a
Je gaat nu zelf een instructie schrijven.
Je mag kiezen uit de onderstaande opdrachten.
Je schrijft een instructie voor:
  • je opa/oma over hoe je een Whatsapp-bericht moet sturen, met een emoji;
  • een klasgenoot over hoe je een fietsband moet plakken;
  • een kind van 8 jaar over hoe je het spel kwartetten speelt;
  • een volwassene over hoe je op de fiets naar school komt (je route).




Slide 31 - Tekstslide

Bekijk voordat je gaat schrijven nog een keer het 'Stappenplan instructie schrijven' op de vorige slide.

 Vergeet niet: pas je taalgebruik aan aan je doelgroep en zorg voor een aantrekkelijke lay-out.