Paragraaf 1 Eigen keuzes maken

Leven in zuilen
  • Rond 1880 raakte Nederland verdeeld in zuilen.
  • Een verdeling van Nederland in zuilen met een eigen geloof of politieke voorkeur.
  • Zo werd elke groep afgeschermd van andere groepen, oftewel beschermd tegen ideeen van anderen.
  • Elke zuil had bv eigen kranten, scholen, sportclubs, politieke partijen, omroepen en vakbonden
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 14 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leven in zuilen
  • Rond 1880 raakte Nederland verdeeld in zuilen.
  • Een verdeling van Nederland in zuilen met een eigen geloof of politieke voorkeur.
  • Zo werd elke groep afgeschermd van andere groepen, oftewel beschermd tegen ideeen van anderen.
  • Elke zuil had bv eigen kranten, scholen, sportclubs, politieke partijen, omroepen en vakbonden

Slide 1 - Tekstslide

Leven in zuilen
  • Er waren weinig contacten tussen de zuilen onderling.
  • Je leefde namelijk in je eigen zuil, veel mensen vonden het prettig om bij een zuil te horen.
  • Bij een zuil hoort een bepaalde mentaliteit, dit is een bepaalde denkwijze en houding die hoort bij die zuil.
  • Er was een sterke sociale controle binnen de zuilen; mensen werden in de gaten gehouden door hun omgeving. Er werd gecontroleerd of mensen zich wel aan de "regels" van de zuil hielden.  

Slide 2 - Tekstslide

Leven in zuilen
  • Tijdens WO2 waren zuilen minder belangrijk, men voelde zich in de eerste plaats Nederlander.
  • De Duitse bezetter verbood veel verzuilde organisaties zoals kranten, omroepen en politieke partijen.
  • Na de oorlog werd de verzuiling snel hersteld, omdat de normen en waarden van voor WO2 moesten worden hersteld.
  • Mensen moesten zich weer trouw aan de regels van de zuil gaan houden, bv naar de kerk gaan en weer gehoorzamen aan de politieke leiders.

Slide 3 - Tekstslide

Jeugdculturen
  • Vanaf de jaren '50 gingen jongeren hun eigen keuzes maken.
  • Ze gingen minder naar hun ouders luisteren, ze wilde vooral lol maken en genieten van het leven.
Deze verandering had een aantal oorzaken:
  • Lonen stegen en daarmee steeg ook de welvaart.
  • Jongeren gingen langer naar school, waardoor jongeren elkaar meer gingen beinvloeden.
  • Er ontstond, voor het eerst, een jeugdcultuur. Jongeren kregen een eigen stijl en mentaliteit.

Slide 4 - Tekstslide

Nozems
  • Ontstonden eind jaren '50.
  • Nozems waren vooral werkende jongeren uit de grote steden.
  • Brommers, leren jacks, t-shirt, spijkerbroek en vetkuiven voor de jongens en petticoats en suikerspinkapsels voor de dames.
  • Muziekvoorkeur: Rock 'n Roll (Elvis, The Shadows, 
  • Voorbeelden van films zijn bijvoorbeeld Grease.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Provo's
  • Provo's waren voornamelijk hoog opgeleid.
  • Actief in het midden van de jaren '60.
  • Ze provoceerden "het gezag" dat wil zeggen dat ze hun ouders, kerk, politie en leraren uitdagen met opvallende acties.
  • Provo's wilden ook de samenleving en de politiek veranderen.
  • Provo's vroegen aandacht voor het milieu en wilden meer inspraak en democratie.
  • Provo's hadden witte plannen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Hippies
  • Eind jaren '60 ontstonden de Hippies in Amerika (San Fransisco) 
  • Hippies geloofden "flower power" en "love and peace"
  • Hippies waren tegen milieuvervuiling, tegen oorlog en tegen kernwapens.
  • Hippies droegen veelkleurige kleding, bloemen en hadden lang haar.
  • Hippies waren tegen een "burgerlijk bestaan", ze woonden in communes.
  • Ze waren voor vrije seks, voor drugs (hasj en LSD) en waren fan van popfestivals.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Provo
Nozem
Hippie

Slide 21 - Sleepvraag

Slide 22 - Video

Individualisering
Jongeren gingen dus heel anders denken over gezag, geloof, politiek, relaties en seks. Zij namen de andere Nederlanders mee in het afschaffen van de verzuilde samenleving.

Slide 23 - Tekstslide

Individualisering
  • Jongeren voelden zich niet meer thuis bij hun vereniging in de zuil, ze keken niet meer naar zuil als ze een vereniging uitzochten.
  • Jongeren  werden mobieler (brommer/ auto) en zo konden ze steeds meer ontsnappen aan hun ouders en de organisaties in de zuil.
  • Er kwamen nieuwe radiostations en er kwamen politieke partijen die niet bij een zuil hoorden (bv D'66)
  • Zo begon Nederland langzaam te ontzuilen, de invloed van de zuilen nam af.

Slide 24 - Tekstslide

Individualisering
  • Veel verzuilde organisaties maakten zich los van hun zuil, bv vakbonden en kranten. Deze kranten schreven eerst vooral op wat de leiders van de zuil belangrijk vonden.
  • De politieke partijen werden bijvoorbeeld kritischer gevolgd door kranten en omroepen.
  • In het Nederland van nu heeft de verzuiling geen invloed meer.

Slide 25 - Tekstslide

De kerk loopt leeg
  • Door de ontzuiling ontstond ook secularisatie, oftewel steeds minder mensen gaan naar de kerk of noemden zichzelf gelovig.
  • Vooral jongeren bleven weg, zij vonden de kerk ouderwets. Zeker met ideeen over seksualiteit en de rolverdeling tussen mannen en vrouwen.
  • Geen seks voor het huwelijk, niet ongetrouwd samenwonen, niet scheiden en geen voorbehoedsmiddelen.
  • Mensen vonden dat de kerk zich niet met deze privezaken moest bemoeien.

Slide 26 - Tekstslide

Individualisering
  • Mensen maken steeds meer hun eigen keuzes en laten zich steeds minder beinvloeden door anderen.
Dit had 2 oorzaken:
  • Door secularisatie hadden leiders van zuilen steeds minder gezag.
  • Steeds meer mensen wonen in steden waar minder sociale controle was.
  • Deze veranderingen zorgen voor individualisering; mensen vonden dat ze hun leven op hun eigen manier mochten invullen en zich minder aan gingen trekken van de mening van anderen.

Slide 27 - Tekstslide