V2 Taalverzorging 12 bijvoeglijk naamwoord

H 12 Taalverzorging
Meervoudsvormen en bijvoeglijk naamwoord
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H 12 Taalverzorging
Meervoudsvormen en bijvoeglijk naamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. Lezen
  2. Taalverzorging H12 
  3. Goed lezen blz 50 en 52
  4. Maken opdra 1 t/m 5 en 7 t/m 11

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de juiste spelling in het meervoud van:
café
A
cafees
B
cafeeen
C
cafés
D
café's

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling in het meervoud van het woord:
groente
A
groenten
B
groentes
C
groentenen
D
groents

Slide 4 - Quizvraag

Sleep het woord naar de juiste meervoudsvorm
meervouden met een -s
meervouden op 's
pinda
repetitie
menu
paraplu
pyjama
bezem

Slide 5 - Sleepvraag

Wat is de juiste spelling in het meervoud van het woord:
historicus
A
historicussen
B
historici
C
historicusen
D
historica

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling in het meervoud van oma
A
omas
B
omaas
C
oma's
D
omaen

Slide 7 - Quizvraag

Bijvoeglijk naamwoord
Bestudeer blz 52 goed voor jezelf in stilte voor 3 minuten

Slide 8 - Tekstslide

Wat is de juiste spelling van het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

Deze ____ kozijnen zijn onderhoudsvriendelijk en voordelig geprijsd.
A
aluminium
B
aluminiumen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de correcte spelling van het bijvoeglijk naamwoord?
De (vallen) oude man ligt in het ziekenhuis.
A
gevalle
B
gevielen
C
gevalde
D
gevallen

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van het werkwoord gebruikt als bijvoeglijk naamwoord?
(verroesten) Het ......... tuinhek
A
verroestten
B
verroeste
C
verroesten

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van het werkwoord gebruikt als bijvoeglijk naamwoord?
(bekladden) De ......... buitenmuur.
A
bekladde
B
bekladden
C
bekladen
D
bekladden

Slide 12 - Quizvraag

Geef de juiste spelling van het bijvoeglijk naamwoord:
een (goud) horloge
A
goud
B
goude
C
gouden

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste spelling van het bijvoeglijk naamwoord!
A
de katoenen broek
B
de katoene broek

Slide 14 - Quizvraag

36. Wat is de juiste spelling van het bijvoeglijk naamwoord?

De ____ chihuahua’s zagen er zeer schattig uit.
A
aangeklede
B
aangekleede
C
aangekleedde

Slide 15 - Quizvraag

H 13 Samenstellingen
Bestudeer goed blz 54 voor 2 minuten

Slide 16 - Tekstslide

Sleep de woorden naar elkaar toe, zodat er correcte samenstellingen ontstaan.
Regen
Pas
Club
Zak
Wind
kamer
geld
jas
energie
huis

Slide 17 - Sleepvraag

Maak correcte samenstellingen door de onderstaande woorden te verslepen naar de bovenstaande kadertjes.
horloge      stations      gedaante      leraars       aardbeien 
confituur
buurt
kamer
maker
verwisseling

Slide 18 - Sleepvraag

Wat is de juiste spelling van de volgende samenstelling:

stad + schouwburg
A
stadsschouwburg
B
stadschouwburg

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de samenstelling?
A
dorpstraat
B
dorpsstraat

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de samenstelling?
A
zonnestraal
B
zonnenstraal

Slide 21 - Quizvraag

3b. Wat is de juiste spelling van de samenstelling?
A
reuzeleuk
B
reuzenleuk

Slide 22 - Quizvraag

3e. Wat is de juiste spelling van de samenstelling?
A
pannelap
B
pannenlap

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de volgende samenstellingen?
A
hier bovenop
B
hierboven op
C
hierbovenop
D
hier boven op

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de volgende samenstellingen?
A
middelbareschool diploma
B
middelbare schooldiploma
C
middelbare school diploma
D
middelbareschooldiploma

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de volgende samenstellingen?
A
gezondheidscentrum
B
gezondheidcentrum
C
gezondheids centrum
D
gezondheid centrum

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de volgende samenstellingen?
A
Koekenpan
B
Koekepan

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de volgende samenstellingen?
A
microelektronica
B
mikro-elektronica

Slide 28 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de samenstelling?
A
beuknootje
B
beukenootje
C
beukennootje

Slide 29 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling van de samenstelling?
A
aaptrots
B
apetrots
C
apentrots

Slide 30 - Quizvraag

Aan het werk
Maken H13 opdr 1 t/m 4

Slide 31 - Tekstslide