Grammatik Kapitel 3

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo
• Leerjaar 1

zwakke werkwoorden op d/t

- hoe vervoeg je de zwakke werkwoorden

- hoe vervoeg je zwakke werkwoorden op d/t

Zwakke werkwoorden 

Ezelsbruggetje zwakke werkwoorden

als je de uitgangen van de werkwoorden achter elkaar zet, krijg je het woord esttenten.  

 Stam op d-t -s-z of ß

 Textbuch S.16

Zwak werkwoord stam eindigend op -t/-d

voltooid deelwoord zwakke werkwoorden

wohnen
ihr....

1. wohnst
2. wohnt
3. wohnest
4. wohnet

bleiben
du .....

kosten
es ......

finden
er .....

arbeiten
du .....

1. arbeitet
2. arbeitest
3. arbeitst
4. arbeiteste

Zwakke werkwoorden op -t/-d in de stam zijn...

1. makkelijk
2. moeilijk
3. redelijk te doen
4. abracadabra

Möchten = zou graag willen

ich möchte

du möchtest

er/sie/es möchte

wir möchten

ihr möchtet

sie/Sie möchten

... du noch eine Cola?

1. möchtst
2. möchtest
3. mochtest
4. mochtst

zou graag willen:
wir ... noch ins Kino.

möchten
wieso ... ihr nicht mit ins Kino?

zou graag willen:
Er ... noch ein Dessert.

 het bezittelijk voornaamwoord

 het bezittelijk voornaamwoord

Bezittelijk voornaamwoord:
vertaal: haar

1. unser
2. euer
3. ihr
4. sie

Bezittelijk voornaamwoord:
vertaal: mijn

1. sein
2. ihr
3. mein
4. dein

(zijn) Vater
Wat is de vertaling van het bezittelijk voornaamwoord?

(mijn) Mutter
Wat is de vertaling van het bezittelijk voornaamwoord?

(jouw) Schule (v)
Wat is de vertaling van het bezittelijk voornaamwoord?

(onze) Zimmer (o)
Wat is de vertaling van het bezittelijk voornaamwoord?

(jullie) Bücher (mv)
Wat is de vertaling van het bezittelijk voornaamwoord?

Bezittelijk voornaamwoord 

Het bezittelijk voornaamwoord

KLOKTIJDEN

Kloktijden

de kloktijden

KLOKTIJDEN

09.10

22.45

16.55

20. 15

23.30

19.00

06.45

Kloktijden
12: 05

1. Es ist zwölf Uhr
2. Es ist Viertel nach zwölf
3. Es ist fünf nach zwölf
4. Es ist fünf vor zwölf

Kloktijden
8:40

1. Es ist zwanzig vor acht
2. Es ist zehn nach halb neun
3. Es ist zwanzig vor neun
4. Es ist acht Uhr vierzig

Kloktijden
6:30

1. Es ist halb sechs
2. Es ist halb sieben
3. Es ist sechs Uhr dreißig
4. Es ist fünf Uhr dreißig

Kloktijden
3:45

1. Es ist Viertel nach drei
2. Es ist Viertel vor vier
3. Es ist zehn vor vier
4. Es ist fünf nach drei

Kloktijden
17:00

1. Es ist fünf Uhr
2. Es ist siebzehn hr
3. Es ist fünf uhr
4. Es ist siebzehn Uhr

7.45
Hoe schrijf je de bovenstaande kloktijd voluit in het Duits?

8.15
Hoe schrijf je de bovenstaande kloktijd voluit in het Duits?

Heb je nog een vraag over de kloktijden?

Alle maanden worden met een hoofdletter geschreven.

Alle maanden hebben de der vorm.

Welke maanden schrijf je hetzelfde als in het Nederlands? (buiten de hoofdletter)

Maanden en datum

maanden zijn mannelijk

im

in welke maand er iets gebeurd

am

op welke datum iets gebeurd

der Januar	der Juli
der Februar	der August
der März	der September
der April	der Oktober
der Mai	der November
der Juni	der Dezember

das Datum

bij de datum wordt altijd een rangtelwoord gebruikt

1e t/m 19e krijg je: getal + te

vanaf 20e krijg je: getal + ste

uitzonderingen:

1e = erste

3e = dritte

7e = siebte

8e = achte

bij am krijg je + ten/sten -> am siebzehnten August

op 17 augustus

op 23 november

op 3 juli