This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom bij wiskunde!
Leg je wiskundespullen vast klaar op je tafel
Slide 1 - Slide
De les begint bijna...
Wiskundespullen op tafel.
iPad inloggen bij Lessonup
Slide 2 - Slide
Programma van deze les
Nakijken 1.2
Herhaling paragraaf 1.2
Uitleg paragraaf 1.3
Aan het werk
Slide 3 - Slide
Wie weet het nog?
Vermenigvuldigen:
+ X + = ...
+ X - = ...
- X + = ...
- X - = ...
Delen:
+ : + = ...
+ : - = ...
- : + = ...
- : - = ...
Slide 4 - Slide
Als ik twee negatieve getallen met elkaar vermenigvuldig.
Krijg ik dan een negatief of een positief getal?
A
Negatief
B
Positief
Slide 5 - Quiz
sommen met min-getallen. - 5 x -2 =
A
10
B
-10
C
-7
D
7
Slide 6 - Quiz
Doelen van de les
Je kent de begrippen kwadraat en
kwadrateren.
Je kan rekenen met een kwadraat.
Je kan het kwadraat van een negatief
getal uitrekenen.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Paragraaf 1.3
Getallen kun je met elk getal vermenigvuldigen. Maar als je een getal met zichzelf vermenigvuldigt noem je dat eenkwadraat.
8 x 8 = 64. Je zegt dan, het kwadraat van 8 is 64.
We schrijven dit als:
82=64
Slide 9 - Slide
Nu met rekenmachine
Slide 10 - Slide
kwadraat
op de rekenmachine
Slide 11 - Slide
Wat is 6²?
A
12
B
30
C
36
D
42
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
Paragraaf 1.3
Je kunt van elk getal een kwadraat nemen. 0,5 in het kwadraat is (0,5 x 0,5= 0,25)
Overleg met je buurman of buurvrouw. Wat is het kwadraat van -3 en van -9?
Wat valt je op bij het kwadrateren van negatieve getallen?
(0,5)2=0,25
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Paragraaf 1.3
Belangrijk:
Let goed op waar het 'min'-teken staat. Als de min ook in het kwadraat staat, komt er dus een positief getal uit (min x min = plus) als de '-' niet in kwadraat gaat komt er een negatief getal uit (min x plus = min)