De telefoon uit en opgeruimd in je tas of in de koffer bij de docent. Je neemt plaats op je vaste plek.
Je tas ruim je op in de kast bij binnenkomst.
De docent hoeft je hier niet meer op aan te spreken
Eigen boek welzijn kind en jongere , schrift, schrijfgerei liggen op je tafel
Als je de klas binnen komt dan.........
1 / 10
next
Slide 1: Slide
Welzijn kind en jongere K5Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 4
This lesson contains 10 slides, with text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Structuur en regels in de klas
De telefoon uit en opgeruimd in je tas of in de koffer bij de docent. Je neemt plaats op je vaste plek.
Je tas ruim je op in de kast bij binnenkomst.
De docent hoeft je hier niet meer op aan te spreken
Eigen boek welzijn kind en jongere , schrift, schrijfgerei liggen op je tafel
Als je de klas binnen komt dan.........
Slide 1 - Slide
Hoofdstuk 8 activiteiten
Welke activiteiten zijn er?
* zelfzorg
*re(creatieve) activiteiten
* educatieve activiteiten
* hoe bereid je een activiteit voor?
Slide 2 - Slide
lezen en maken:
8.3 Zelfzorgactiviteiten
Lezen en maken de volgende opdrachten:
8.01 t/m 8.04
Zelf een veterstrikkaart maken. Kijk op internet naar voorbeelden
(wat niet afkomt is huiswerk )
timer
30:00
Slide 3 - Slide
8.4/8.5/8.7
Lezen en maken:
8.05, 8.09 en 8.10
8.10 is online
timer
15:00
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Zelfredzaamheid
Zelfredzaamheid is het vermogen om voor jezelf te zorgen. Je kunt eigen problemen oplossen en gaat zelfstandig door het leven, ofwel je weet jezelf te redden.
Eigen beslissingen nemen en keuzes maken is goed voor je eigenwaarde.
Stimuleren (aanmoedigen) is belangrijk
Slide 6 - Slide
Dagritme
Dagritme is goed voor houvast en biedt structuur.
Rituelen zijn onderdelen die steeds op
dezelfde manier terugkomen.
Zoals bijvoorbeeld iedere
ochtend een kop koffie zetten →
Slide 7 - Slide
Veiligheid
Veiligheid staat altijd voorop bij het begeleiden van kinderen en jongeren!
Fysieke veiligheid
Sociale veiligheid
Slide 8 - Slide
Rapporteren
Rapporteren is het overbrengen van gebeurtenissen die belangrijk zijn voor collega's of anderebetrokkenen.
Mondeling
schriftelijk
Waar denk je aan bij rapporteren? -Datum noteren
-Geen vage termen gebruiken. -Leesbaar schrijven
-Feiten beschrijven. -Reageer, indien nodig op een andere
-Geen conclusies trekken dagrapportage.
-Kort beschrijven.
-Schrijf zodat anderen het begrijpen.
-Wees volledig
Slide 9 - Slide
praktijkopdrachten
Maken in tweetallen of alleen:
Alle deelopdrachten blz. 66 t/m 90.
Deelopdracht 2 Zelfredzaamheid 2.01, 2.02, 2.03.
Deelopdracht 3 Weekplanning 3.01, 3.02.
Deelopdracht 4 Dagritmekaarten 4.01
Deelopdracht 5 Rituelen en regels 5.01, 5.02, 5.03
Deelopdracht 6 Veiligheid in de klas 6.01, 6.02, 6.03, 6.04, 6.05 (alleen)