What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
samengestelde zinnen
Wat gaan we doen?
Uitleg + oefeningen samengestelde zinnen.
(Tijd over? Zelfstandig aan het werk)
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat gaan we doen?
Uitleg + oefeningen samengestelde zinnen.
(Tijd over? Zelfstandig aan het werk)
Slide 1 - Slide
Doelen
Aan het eind van de les weer je wat samengestelde zinnen zijn.
Aan het eind van de les kun je voegwoorden gebruiken in samengestelde zinnen.
Slide 2 - Slide
Persoonsvorm
Onderwerp
Werkwoordelijk gezegde
Slide 3 - Slide
Wat is het onderwerp in deze zin?
Jan en Eva houden van fietsen.
A
Jan en Eva
B
Houden
C
Van
D
Fietsen
Slide 4 - Quiz
Wat is de persoonsvorm in deze zin?
Hij loopt naar school.
A
Hij
B
Loopt
C
Naar
D
School
Slide 5 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Wij willen morgen zwemmen.
A
Wij morgen
B
Willen
C
Zwemmen
D
Willen zwemmen
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Video
Enkelvoudige zinnen
Een zin met één persoonsvorm
Ik fiets naar school.
Slide 8 - Slide
Samengestelde zinnen
Twee zinnen in een zin.
Twee persoonsvormen
Slide 9 - Slide
Wat is er fout aan deze zin?
Ik eet mijn eten op voordat ik eet het toetje.
Slide 10 - Open question
Samengestelde zinnen
Let op de volgorde van de zin!
Slide 11 - Slide
Samengestelde zinnen
Ik ga naar school en ik ga naar de sportschool.
Ik was aan het werk, toen
ze
me
belde
.
Het is fijn dat
het
bijna weekend
is
.
Ik wou graag schaatsen, maar het ijs was al gesmolten.
Wil je vanavond koken of zullen we uit eten?
Slide 12 - Slide
Voegwoorden
Plakken twee zinnen aan elkaar.
Tijd, tegenstelling, opsomming, oorzaak/gevolg, reden.
Slide 13 - Slide
Noem zoveel mogelijk voegwoorden.
Slide 14 - Open question
Voegwoorden
en, maar, want, of, dus, doordat, voordat, omdat, nadat, dat, zodat, terwijl, als, daarom, waarom, wanneer, totdat, zodra.
Slide 15 - Slide
Wat is het voegwoord in deze zin?
We gaan morgen zwemmen, als het mooi weer is.
A
gaan
B
als
C
weer
D
we
Slide 16 - Quiz
Wat is het voegwoord in deze zin?
Hij drinkt cola en zij drinkt thee.
A
drinkt
B
zij
C
en
D
hij
Slide 17 - Quiz
Wat is het voegwoord in deze zin?
De muziek stond aan, toen ik binnen kwam.
A
stond
B
kwam
C
ik
D
toen
Slide 18 - Quiz
Wat is het voegwoord in deze zin?
Hij kwam te laat, doordat de brug open stond.
A
doordat
B
brug
C
laat
D
hij
Slide 19 - Quiz
en
hij eet de slagroom.
Ik eet de taart
Slide 20 - Drag question
ik naar buiten ga
Ik doe de lichten uit
voordat
Slide 21 - Drag question
Schrijf een samengestelde zin.
Slide 22 - Open question
More lessons like this
Groep 4 | taal | voegwoorden
August 2024
- Lesson with
24 slides
by
NTC DEF@ctO nl L.P
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 4
NTC DEF@ctO nl E.E
Groep 5-6 | taal | voegwoorden
August 2024
- Lesson with
47 slides
by
NTC DEF@ctO nl L.P
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 5,6
NTC DEF@ctO nl E.E
Ostu 3.2 - Persoonsvorm TT + samengestelde zinnen
March 2024
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Voegwoorden
June 2023
- Lesson with
19 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Klas 3G/T, week 8, H2 Formuleren samengestelde zinnen
September 2020
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
H2 NN 2-KGT Taalverzorging 2 Formuleren Samengestelde zinnen
November 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
1.7 Grammatica
November 2023
- Lesson with
43 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
samengestelde zinnen herkennen en maken
December 2023
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3