Reageren op prikkels

Reageren op prikkels
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Reageren op prikkels

Slide 1 - Slide

De leerling kan:
 toelichten dat gedrag bij dieren uit een reeks samenhangende handelingen bestaat, en
kan aan de hand van concrete voorbeelden uitleggen dat gedrag afhankelijk is van
inwendige en uitwendige prikkels
https://biologiepagina.nl/34mavo/8Gedrag/video-oorzaakgedrag.htm

Slide 2 - Slide

De leerling kan:
delen van het zenuwstelsel noemen, in afbeeldingen aanwijzen, en functie(s) en werkingbeschrijven; soorten zenuwcellen benoemen en onderverdelen:
– bouw, ligging en functie van delen van het centraal zenuwstelsel, met name:
- grote hersenen: bewustzijn, zintuiglijke waarneming en bewuste beweging
- kleine hersenen: coördinatie van bewegingen
- hersenstam: verbinding tussen grote hersenen en ruggenmerg en een rol bij reflexen in hoofd- en halsgebied
- ruggenmerg: verbinding van organen met hersenen en een rol bij reflexen vanromp en ledematen K3T5B1


Slide 3 - Slide

Uitleg. 
Zorg dat je de verschillende onderdelen kan aanwijzen op een plaatje. 
In de volgende basisstoffen staat meer informatie over de verschillende functies. 

Slide 4 - Slide

De leerling kan. 
bouw van een zenuwcel met cellichaam en uitlopers
– ligging en functies van typen zenuwcellen:
- schakelcel
- gevoelszenuwcel
- bewegingszenuwcel K3t5B2
– gevoelszenuw, bewegingszenuw, gemengde zenuw
– reflex is een vaste, onbewuste reactie op een bepaalde prikkel:
- terugtrekreflex
- strekreflex
- kniepeesreflex
- pupilreflex 
– functies van een reflex: onbewust regelen van motoriek, snel reageren bij kans op
onverwachte beschadiging van het lichaam K3T5B5

Slide 5 - Slide

De leerling kan
delen en omringende delen van de gehoororganen, van de ogen en van zintuigelementen. K3T6B2
in huid, neus en tong in afbeeldingen aanwijzen en functie en werking ervan beschrijven:
– van het gehoororgaan, met name:
- oorschelp
- gehoorgang
- trommelvlies
- trommelholte/middenoor
- buis van Eustachius
- gehoorbeentjes: hamer, aambeeld, stijgbeugel
- slakkenhuis met zintuigcellen
- gehoorzenuw
- evenwichtsorgaan K3T6B6

Slide 6 - Slide

De leerling kan:
– van de ogen, met name:
- wenkbrauw, wimper, 
- traanklier, traanbuis
- oogspier
- harde oogvlies
- hoornvlies
- vaatvlies
- iris met kringspieren en lengtespieren
- pupil: de opening in de iris
- lens: accommoderen
- glasachtig lichaam
- netvlies met gele vlek en blinde vlek
- oogzenuw
- ligging en functie van staafjes en kegeltjes
K3T6B 3+4+5

Slide 7 - Slide

De leerling kan
op abstracte wijze uitleggen dat prikkels uit de omgeving door zintuigen omgezet worden
in impulsen die naar het centraal zenuwstelsel geleid worden, waardoor waarneming kan
plaatsvinden:
– drempelwaarde, adequate prikkel, gewenning, motivatie
beschrijven dat bewust gedrag vanuit de hersenen gestuurd wordt
K3T6B1

Slide 8 - Slide

De leerling kan:
de samenstellende delen van de huid en het onderhuids bindweefsel noemen, in
afbeeldingen aanwijzen en functie(s) beschrijven:
– bouw, ligging en functies van de delen van de huid, met name:
- opperhuid met hoornlaag met dode cellen en kiemlaag met delende cellen en
zenuwuiteinden (‘pijnzintuig’)
- lederhuid met bloedvaten, haarzakjes, talgklieren, haarspieren, zweetklieren en
zintuigen
- haren
– onderhuids bindweefsel met vetcellen
– de rol van de doorbloeding, vet en de mate van zweten bij de temperatuurregeling
– de rol van de hoornlaag bij de bescherming tegen infecties, uitdroging en
beschadigingen
– de rol van pigment (in de kiemlaag) bij de bescherming tegen ultraviolette straling
K4T7B4 & K3T5B2 

Slide 9 - Slide

Tips
Zorg ervoor dat je de bouw en de onderdelen van de huid goed kent. De twee lagen van de opperhuid en de onderdelen in de lederhuid. 

Slide 10 - Slide

De leerling kan.
 het principe van de werking van hormonen beschrijven
– beïnvloeding van groei, ontwikkeling en stofwisseling
K3T5B6

Slide 11 - Slide

De leerling kan
hormoonklieren noemen, in afbeeldingen aanwijzen en functies en werking met de nodige
detaillering beschrijven, met name van:
– hypofyse: productie van hormonen voor regeling groei, beïnvloeden van andere hormoonklieren
– schildklier: stimulering van verbranding in cellen
– eilandjes van Langerhans (in de alvleesklier): productie van de hormonen insuline en
glucagon die het suikergehalte in het bloed regelen; diabetes
– bijnieren: productie van het hormoon adrenaline dat de activiteit van spieren, de ademhaling en de bloedsomloop versnelt en het glucosegehalte van het bloed verhoogt
– eierstokken en teelballen: productie van geslachtshormoon voor het ontstaan van secundaire geslachtskenmerken; productie van geslachtscellen K3T5B 5+6+7

Slide 12 - Slide

Hoe heet het orgaan waar we kaneel toch mee kunnen waarnemen.

Slide 13 - Open question

Welke letter geeft aan waar de huidlagen van elkaar loslaten als er een blaar ontstaat?
A
q
B
r
C
s

Slide 14 - Quiz


Slide 15 - Open question


A
p
B
q
C
r
D
s

Slide 16 - Quiz

In de iris bevinden zich 2 soorten spieren.
Welke van deze spieren trekken zich samen om de pupil zo groot mogelijk te maken.
A
alleen de kringspieren.
B
alleen de lengtespieren
C
de kringspieren en de lengtespieren.

Slide 17 - Quiz

Een deel is aangegeven met de letter P.
Hoe heet deel P?
A
Buis van Eustachius
B
gehoorgang
C
Trommelholte

Slide 18 - Quiz


Slide 19 - Open question

In de alvleesklier liggen de eilandjes van langerhands. Deze maken twee hormonen die het glucosegehalte in het bloed regelen. Hoe heten deze hormonen?
A
Adrenaline en glucagon
B
Adrenaline en insuline
C
Glucagon en insuline.

Slide 20 - Quiz

Noteer de hormoonklier die geslachtsorganen aanzet tot het maken van geslachtshormonen.

Slide 21 - Open question