Persoonsvorm, voegwoord, komma 13-12

• Taal / spelling
• Basisschool
• Groep 5,6

Lesdoel:

Ik kan de persoonsvorm in een zin herkennen en weet op welke manier ik dit kan doen.

Zinsdeel

Een zinsdeel is een woord of een groepje woorden in een zin. 

Het zinsdeel wat we vandaag leren is: de persoonsvorm. 

Persoonsvorm

De persoonsvorm is het werkwoord in de zin wat zegt wat iets of iemand doet. 

Kun je vinden door: 

er een vraagzin van te maken

Het woord wat vooraan komt te staan, is de persoonsvorm.

Bijvoorbeeld: 

Mijn vriend loopt naar de stad. 

Loopt mijn vriend naar de stad? 

Persoonsvorm = loopt

U luistert naar het weerbericht.
Is luistert de pv?

Ja

Nee

Morgen wordt het koud.
Is koud de pv?

Ja

Nee

Het regent de hele dag.
Is regent de pv?

Ja

Nee

De wind waait ook heel hard.
Is wind de pv?

Ja

Nee

Eigenlijk is het gewoon heel slecht weer.
Is weer de pv?

Ja

Nee

Het best blijft u lekker binnen.
Is het de pv?

Ja

Nee

Wat is de pv?
Nu komt hij weer.

Wat is de pv?
Hij pikt het vogelzaad.

Wat is de pv?
Hij hapt het brood.

Wat is de pv?
Hij vliegt weer weg.

Ik kan de persoonsvorm in een zin herkennen en weet op welke manier ik dit kan doen.

😒🙁😐🙂😃

Lesdoel:

Ik kan een voegwoord herkennen en ik weet wanneer ik een komma moet schrijven.

Voegwoord en komma

Een voegwoord maakt twee zinnen aan elkaar vast. 

Je schrijft een komma voor een voegwoord, behalve bij: en / of

Voorbeelden: want, en, maar, of, omdat, daardoor, hoewel, als, terwijl, om, behalve, dus, voordat, nadat.

Haal het voegwoord uit de volgende zinnen.

Wat is het voegwoord?
In de vakantie lees ik boeken, want dat vind ik fijn.

Wat is het voegwoord?
Mijn broer kan niet lezen in de auto, omdat hij dan wagenziek wordt.

Wat is het voegwoord?
Wij stoppen vaak, zodat hij kan bijkomen.

Wat is het voegwoord?
Mijn oom gaat vaak vissen, omdat hij werkloos is.

Wat is het voegwoord?
Vandaag ga ik mee, zodat hij mij het vissen kan leren.

Maak van twee zinnen één zin met voegwoord en komma.

Juf is jarig.
Daarom viert ze haar verjaardag.

Skyler let goed op.
Omdat hij veel wil leren.

Lorenzo doet goed zijn best.
Omdat hij dat leuk vindt.

Ik kan een voegwoord herkennen en ik weet wanneer ik een komma moet schrijven.

😒🙁😐🙂😃