Persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord

Welkom bij mijn les
Persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom bij mijn les
Persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord

Slide 1 - Slide

Een persoonlijk voornaamwoord
(p vnw)
Verwijst naar mensen, dieren of dingen.

ik, jij, je, hij, zij, het, mij,me, jou, wij, zij, jullie, ze, ons, hen, u

Slide 2 - Slide

Bezittelijk voornaamwoord
(b vnw)

Geeft bezit aan.
Het staat vóór een zelfstandig naamwoord of een bijvoeglijk naamwoord.

Mijn, jouw, je, uw, zijn, haar, ons, onze, jullie, hun fiets.

Slide 3 - Slide

Welke woorden zijn pvnw?
Ik ken Jan wel, maar mijn ouders hebben hem nog nooit gezien.
A
ik, Jan, ouders, hem
B
Ik, hem
C
mijn, hem
D
Ik

Slide 4 - Quiz

Hoeveel pvnw-en vind je in de zin:

Ga je met ons mee naar mijn huis?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 5 - Quiz

De leraar heeft hem verteld dat hij een onvoldoende heeft voor de toets.
Welke woorden zijn p vnw?
A
de leraar, hem, hij
B
de leraar
C
hem, hij
D
hij

Slide 6 - Quiz

Haar fiets was haar te klein geworden, dus krijgt ze een grotere.
Welke woorden zijn b vnw?

Slide 7 - Open question

Zijn dat onze glazen of die van jullie?
'onze' =
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord

Slide 8 - Quiz

Is dat jouw tas of die van mij?

mij=
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord

Slide 9 - Quiz

Maak een zin met het woord 'jullie' als persoonlijk voornaamwoord.

Slide 10 - Open question

Maak een zin waarin 'jullie' een bezittelijk voornaamwoord is.

Slide 11 - Open question

Hoe ging het met de opdrachten?
Begrijp je de leerstof/ het verschil tussen pvnw en bvnw?

Slide 12 - Mind map

Dit was het!
Maandag gaan we bezig met het benoemen van verschillende soorten werkwoorden.
Bekijk alvast het filmpje dat in de planner staat!
Het linkje vind je in zowel week 1 als in week 2.

Slide 13 - Slide