DE INLEIDING

DE INLEIDING
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Middelbare school

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

DE INLEIDING

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Zakelijke mail over een bedrijfsfeest

Situatie
Binnenkort wordt er een galafeest gegeven op het bedrijf waar je werkt. Jij zit in de feestcommissie. Om de kantine van het bedrijf om te toveren in een stijlvolle feestzaal, hebben jullie een budget tot je beschikking van 300 euro. Hiervoor willen jullie een aantal kroonluchters huren, een aantal beklede statafels en een rode loper voor bij de ingang. Jullie willen graag een loper van dik velours, maar als dat te duur wordt, kan het ook een goedkopere variant zijn.

Opdracht
Je stuurt een mail naar De Feestshop (info@feestshop.nl) waarin je om een offerte vraagt voor de huur en het leveren en ophalen van de spullen.
Gebruik daarbij de volgende aanwijzingen:
• Vertel waarom je deze mail schrijft.
• Vertel welke spullen je wilt huren.
• Vermeld de volgende gegevens (bedenk deze zelf): datum, tijd, locatie van het feest.
• Geef ook aan op welk tijdstip je de spullen uiterlijk geleverd wilt hebben.
• Geef aan welke gegevens je van het bedrijf wilt ontvangen als reactie.
• Geef aan hoe het bedrijf contact met je kan opnemen.
• Sluit de mail passend af.



Slide 3 - Slide

1. LEES DE OPDRACHT

a. Wat voor soort tekst schrijf je?​

​b. Aan wie schrijf je? (vriend, kennis, directeur of teamleider)​

c. Waarom/ met welke reden? ( klacht, uitnodiging sturen/ reageren op een bericht, vakantiedagen aanvragen etc.)​

d. Wat wil je bereiken/ wat is je doel met dit schrijven (informeren, overtuigen, activeren etc.)?​

e. Hoe schrijf je? (rekening houden met de lezer/ publiek dus je let op je toon)​

Slide 4 - Slide

Wat voor soort tekst schrijf je?​

Slide 5 - Open question

Aan wie schrijf je?

Slide 6 - Open question

Waarom/ met welke reden schrijf je?

Slide 7 - Open question

Wat wil je bereiken/ wat is je doel met dit schrijven?

Slide 8 - Open question

Hoe schrijf je? (rekening houden met de lezer/ publiek dus je let op je toon)​

Slide 9 - Open question

Lees de opdracht nog eens en schrijf de inleiding

Slide 10 - Open question

Hoe duidelijk vind je de uitleg?
Heel duidelijk
Enigszins duidelijk
Niet duidelijk

Slide 11 - Poll