Het is krap in dé winkelstraat van Tiel, publiek wurmt zich langs spaghetti van buizen en kabels
Het is drie weken even heel krap en soms een stukje omlopen voor het kooplustige publiek in de Tielse Waterstraat. Wie in dit smalste stukje winkelstraat de leidingen-, kabels- en buizenspaghetti ziet, snapt waarom.
1 / 46
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3
This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom
Ga rustig zitten (plattegrond).
Pak je NN, leesboek, pen, schrift.
Telefoon thuis of in de kluis
HUISWERK CONTROLEREN
(indien nodig)
Het is krap in dé winkelstraat van Tiel, publiek wurmt zich langs spaghetti van buizen en kabels
Het is drie weken even heel krap en soms een stukje omlopen voor het kooplustige publiek in de Tielse Waterstraat. Wie in dit smalste stukje winkelstraat de leidingen-, kabels- en buizenspaghetti ziet, snapt waarom.
Slide 1 - Slide
lingecollege-my.sharepoint.com
Slide 2 - Link
lingecollege-my.sharepoint.com
Slide 3 - Link
timer
15:00
15 minuten in stilte zelfstandig lezen.
1
Slide 4 - Slide
Lezen
Huiswerk nakijken
Herhaling vorige les
Doelen van de les
Mening, argument en conclusie
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 5 - Slide
Terugblik vorige les
Nu kan ik...
onderwerp
hoofdgedachte
deelonderwerp
kernzinnen
tekstdoelen
tekstverbanden + signaalwoorden
... in een tekst herkennen
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Reflecteer voor jezelf: vind je dat je deze onderdelen echt kunt herkennen in teksten?
Nee?
Wat heb je nodig van je docent?
- meer uitleg?
- meer oefenen?
- iets anders?
Slide 8 - Slide
Vragen?
Slide 9 - Slide
Lesdoelen deze les
Ik kan uitleggen wat een feit, een mening en een argument is.
Ik kan feiten, meningen en argumenten in teksten herkennen.
Ik kan de juiste signaalwoorden noemen bij feiten, meningen en argumenten.
Schrijf deze doelen in je schrift, zodat je aan het eind van de les kan controleren of je de doelen hebt behaald.
Slide 10 - Slide
feiten, meningen en argumenten
Slide 11 - Slide
Belangrijk, omdat...
Feiten en meningen kunnen herkennen in het dagelijks leven.
Weten wat 'echt' is en wanneer een mening 'verpakt' wordt als feit.
Blijf altijd kritisch nadenken!
Slide 12 - Slide
nos.nl
Slide 13 - Link
Slide 14 - Video
00:00
Schrijf een zin op die begint met: 'Ik vind...'
Voorbeeld: Ik vind dat mobieltjes in school verboden moet worden.
Slide 15 - Open question
00:21
Noem 3 dingen om vast te stellen of iets een feit is
Slide 16 - Open question
00:34
Schrijf een zin op waarin een feit staat.
Slide 17 - Open question
00:55
Signaalwoorden voor een mening zijn
A
ik vind, naar mijn mening, dat is zo
B
volgens mij, naar mijn mening, ik denk
C
ik denk, dat is zo, uit het onderzoek blijkt
D
ik verwacht, ik vind, volgens mij
Slide 18 - Quiz
01:18
Noem 3 signaalwoorden bij een argument
A
daarom, vanwege, ook
B
maar, echter, toch
C
want, omdat, immers
D
want, en, dus
Slide 19 - Quiz
feit en mening
Slide 20 - Slide
Signaalwoorden
Neem dit schema over in je schrift.
Slide 21 - Slide
Feit of mening?
De helft van de veertienjarigen in Nederland krijgt 50 euro kleedgeld per maand.
Een feit: je kunt controleren of dit waar is.
Slide 22 - Slide
Feit of mening?
Ik vind het goed dat jongeren kleedgeld krijgen.
Je herkent een mening aan signaalwoorden:
ik vind dat...
volgens mij...
ik ben van mening dat...
Slide 23 - Slide
Argumenten
Een argument is een uitleg waarmee je een mening ondersteunt.
Je herkent een argument aan signaalwoorden:
Voorbeeld Ik vind het goed dat jongeren kleedgeld krijgen (mening), want dan leren zij met geld omgaan (argument)
want, namelijk, omdat
Slide 24 - Slide
Conclusie
Na de meningen en alle argumenten trekt de schrijver aan het eind van een tekst vaak een conclusie. Een conclusie is een soort eindoordeel bij het standpunt (mening).
Je herkent een conclusie aan signaalwoorden, zoals:
dus,
concluderend,
dat betekent.
Voorbeeld
Bijvoorbeeld: Je kunt het beste een stageplek zoeken die je leuk vindt, want dan houd je het langer vol. Dat betekent dat je het beste nog even door kunt gaan met zoeken.
Slide 25 - Slide
Alle jongeren zijn lui
A
feit
B
mening
C
argument
Slide 26 - Quiz
In de gemeente Tiel wonen ongeveer 42.372 inwoners.
A
feit
B
mening
C
argument
Slide 27 - Quiz
Er is een grote brand uitgebroken op het industrieterrein.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
D
Conclusie
Slide 28 - Quiz
Bij de brand is asbest vrijgekomen. Dat betekent dat alle ramen en deuren dicht moeten.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
D
Conclusie
Slide 29 - Quiz
Even oefenen
Schrijf van de volgende zinnen, de argumenten op en onderstreep het signaalwoord.
Ik vind geel een mooie kleur, want als ik die kleur zie word ik vrolijk.
Omdat hij een mooie stem heeft, vind ik de muziek van Frans Bauer leuk!
Zij vind het leuk om te sporten, want dan kan ze haar energie kwijt.
Slide 30 - Slide
Even oefenen (antwoorden)
Schrijf van de volgende zinnen, de argumenten op.
want als ik die kleur zie word ik vrolijk.
Omdat hij een mooie stem heeft,
want dan kan ze haar energie kwijt.
Slide 31 - Slide
STELLING 1
De straf voor pestende kinderen moet worden bepaald door leerlingen uit een andere klas.
Ik vind ......, omdat ......
Slide 32 - Slide
STELLING 2
De verkoop van fastfood moet worden verboden.
Ik vind ......, omdat ......
Slide 33 - Slide
Wat heb je geleerd?
Mening
Ik vind, volgens mij, naar mijn mening
Argument
want, omdat
Conclusie
Dus, al met al, dat betekent, concluderend
Slide 34 - Slide
Heb jij de lesdoelen behaald?
Ik kan uitleggen wat een feit, een mening en een argument is.
Ik kan feiten, meningen en argumenten in teksten herkennen.
Ik kan de juiste signaalwoorden noemen bij feiten, meningen en argumenten.
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Zelfstandig werken
Lees
de aantekeningen nog eens goed door.
Maak
Blz. 18-23, opdracht 1 t/m 7.
Hoe
zachtjes samenwerken mag
Tijd
30 minuten
Klaar?
maak opdracht 8a (materiaal bij de docent op te halen) of ga lekker lezen
Resultaat
Slide 37 - Slide
Einde LessonUp!
Bedankt voor jullie aandacht!
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Video
Vragen?
Slide 40 - Slide
Na deze les,
wil ik...
de uitleg nog 1 keer horen
meer voorbeelden krijgen
meer oefeningen maken
de leerstof thuis nog even bekijken
overgaan naar nieuwe leerstof
nog meer te weten komen over de leerstof
niet meer te weten komen over de leerstof
Slide 41 - Poll
Ik kan goed onderscheid maken tussen feiten en meningen.
😒🙁😐🙂😃
Slide 42 - Poll
Feit
Mening
Er zijn 22 soorten aasgieren
Het heeft al een week niet geregend
Hij komt altijd op de fiets
Dat was een spannende film
Ik vind de zomer veel leuker
Zij vindt friet het allerlekkerst
Slide 43 - Drag question
Omdat ik een goed cijfer wil halen, maak ik mijn huiswerk.