P4 210610 herhaling overgang en Diabetes type 1

Les 10-06-21
Herhaling overgang
osteoporose
Diabetes mellitus type 1
1 / 48
next
Slide 1: Slide
BSPMBOStudiejaar 1

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

Les 10-06-21
Herhaling overgang
osteoporose
Diabetes mellitus type 1

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
-Herhalen theorie overgang en osteoporose
-Je weet wat diabetes type II is en welke hulpmiddelen nodig zijn voor de behandeling

Slide 2 - Slide

Wat weet je over de overgang?

Slide 3 - Mind map

Wat is het verschil tussen het climacterium en de menopauze?

Slide 4 - Open question

Hoe bepaal je de menopauze?

Slide 5 - Open question

Welke klachten horen bij de overgang?

Slide 6 - Open question

Wat weet je over botontkalking

Slide 7 - Mind map

Wat is een ander woord voor botontkalking?

Slide 8 - Open question

Voor botontkalking worden vaak bisfosfonaten gegeven. Wat moet je daarbij vertellen?

Slide 9 - Open question

Is er nog iets wat je niet snapt over de overgang en botontkalking?

Slide 10 - Open question

Diabetes 
Type 1 
medische hulpmiddelen 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Diabetes type 1
Diabetes type 2
Komt op jonge leeftijd voor
Symptomen beginnen vrij plotseling
aangewezen op insuline spuiten/pompje
1 op 10 mensen heeft dit type diabets
komt vnl op oudere leeftijd voor
symptomen beginnen langzaam
9 op 10 mensen heeft dit type diabetes

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Symptomen diabetes 
Onbehandelde diabetes -> hyperglykemie (hoge bloedsuikerspiegel)
  • korte termijn symptomen; dorst, veel plassen, moe
  • lange termijn symptomen; zenuwschade , blindheid, hart- en vaat ziekten, diabetische voet enz 
Er kan ook Hypoglykemie optreden als de bloedglucosespiegel te laag wordt door bv teveel insuline 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Slide

Behandeling type 1
Door insuline toe te dienen aan het lichaam.
Soorten insuline: ultra kortwerkend, kortwerkend, mengsels, langwerkend 

Insuline wordt in het lichaam geinjecteerd m.b.v. een insulinepen of insulinepomp.

Bij een hypo kan glucagon worden toegediend 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Vraag 1: Maak een overzicht van insulines die in Nederland verkrijgbaar zijn. Noem de naam van de insuline zelf, de handelsnaam en de kenmerken (bijvoorbeeld kort of langwerkend). Plak een foto van een overzicht

Slide 30 - Open question

Vraag 1: Maak een overzicht van insulines die in Nederland verkrijgbaar zijn. Noem de naam van de insuline zelf, de handelsnaam en de kenmerken (bijvoorbeeld kort of langwerkend). Of maak hieronder een overzicht.

Slide 31 - Open question

Komt een diabetes patiënt door een hypoglycaemie in coma, dan zal iemand deze patiënt een glucagon injectie moeten geven.

Slide 32 - Slide

Vraag 2:
Verklaar waarom glucagon de glucose concentratie in het bloed laat stijgen.

Slide 33 - Open question

Slide 34 - Slide

Vraag 3:
Waar moet de patiënt glucagon injecties bewaren?

Slide 35 - Open question

Vraag 4:
Bezoek de website apotheek.nl en zoek de gebruiksaanwijzing van Glucagon injecties op. Geef aan wat je belangrijk vindt om te benadrukken aan de patient?

Slide 36 - Open question

Gebruik van glucagon

Slide 37 - Slide

3. Insuline pennen
Vroeger werd insuline met dikke naalden geïnjecteerd. Tegenwoordig gaat dat met behulp van een insulinepen. Deze pen lijkt op een vulpen en is makkelijk mee te nemen. Dit kunnen voorgevulde pennen zijn of herbruikbare pennen met penfills. Daarnaast kan er een insuline pomp gebruikt worden. 

Slide 38 - Slide

Vraag 5:
Op de website apotheek.nl staan instructiefilms hoe men via een pen de insuline kan toedienen. Bekijk de video insuline spuiten en maak een korte gebruiksaanwijzing over het gebruik van de insuline pen.

Slide 39 - Open question

Vraag 6:
Maak een overzicht van alle pennen die in Nederland verkrijgbaar zijn.

Slide 40 - Open question

Insulinepomp
Er kan ook gebruik worden gemaakt van een insulinepomp. 
Deze is gevuld met kortwerkende insuline die continu wordt afgegeven. Daarnaast kan er bij een hoge bloedglucose spiegel na het eten, extra insuline worden afgegeven. 

Slide 41 - Slide

Zelfcontrole van bloedglucose

Het controleren van de bloedglucose staat centraal bij de behandeling van diabetes. Met behulp van een bloedglucosemeter kunnen patiënten zelf hun bloedglucose meten. 

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Vraag 7:
Waarom is het noodzakelijk dat patiënten regelmatig zelf hun bloedglucose meten?

Slide 44 - Open question

Slide 45 - Video

Vraag 8; Wat heb je nodig om de bloedglucose te meten?

Slide 46 - Open question

Wat zou je uit deze les of vorige les uitgelegd krijgen?

Slide 47 - Open question

Heb je de lesdoelen gehaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 48 - Poll