Commercieel schrijven

Commercieel schrijven
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Commercieel schrijven

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

A I D A

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

AIDA
  1. Aandacht
  2. Interesse
  3. Dromen (Desire)
  4. Actie

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Brief bestaat uit vier alinea's
Alinea 1:  Aandacht. 

Dat doe je door iets te schrijven dat jouw klant raakt of nieuwsgierigheid oproept. Deze alinea zorgt ervoor dat jouw klant de brief gaat lezen. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Alinea 2: Interesse

Hier beschrijf je jouw aanbod zo klantgericht mogelijk. Zo goed dat de klant het eigenlijk al moet willen hebben.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Alinea 3: Dromen
Laat jouw klant Dromen door extra voordelen te benoemen en eventueel een aantrekkelijk prijsaanbod.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Alinea 4: Actie
Plaats een duidelijke ‘Call to Action’: in dit geval een afspraak voor een gesprek.

Wie, wat, waar, wanneer en hoe

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Vier-
ogenprincipe

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Maak zelf een koppel!
Je laat je brief aan de ander lezen. 

Inleveren: Brief, plus feedback van medestudent (voorzien van naam en datum)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Commerciële brief
Schrijf je brief volgens de zakelijke conventies.


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Welk antwoord geeft de juiste volgorde aan:
1. plaats, datum 2. jouw adres 3. adres bedrijf 4. betreft 5. aanhef
A
12345
B
21345
C
31245
D
31254

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welk antwoord is goed?
A
t.a.v. mevrouw De Vries
B
T.a.v. Mevrouw de Vries
C
T.a.v. mevrouw De Vries
D
T.a.v. Mevrouw De Vries

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welk antwoord is goed?
A
Betreft: uitnodiging presentatie
B
Betreft: Uitnodiging presentatie
C
Betreft: uitnodiging presentatie.
D
Betreft: Uitnodiging presentatie.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welk antwoord is goed?
A
Bedankt voor uw medewerking.
B
Bedankt voor Uw medewerking.
C
Bedankt voor u medewerking.
D
Bedankt voor U medewerking.

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Welke afsluiting bij een zakelijke brief is goed?
A
Met vriendelijke groet, Naam + Achternaam
B
met vriendelijke groet, Naam + Achternaam
C
Mvg, Naam + Achternaam
D
Naam + Achternaam

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Klant overtuigen/ activeren
  • Vermijd dan twijfelwoorden 

  • Gebruik zo min mogelijk hulpwerkwoorden

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Twijfelwoorden

Slide 18 - Mind map

*
Misschien
Wellicht
Eventueel
mogelijk 
waarschijnlijk

Hulpwerkwoorden

Jullie zouden deze term toch moeten kunnen kennen.

Slide 19 - Slide

*
Wat voor soort vraag is dit?
Weglaten
Worden,
kunnen,
mogen,
zullen, 
willen, 
moeten,
gaan, 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Worden 
Na het uitbrengen van de offerte wordt contact met u opgenomen om deze te bespreken.

 
Door wie en wanneer dan? 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

✓ Na … dagen neemt de afdeling sales contact met u op.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Kunnen
  •  Door het inhuren van een reisbureau kunt u veel tijd besparen.
  • Dit roept twijfel op bij je klant.
  • Mogelijke gedachte: het zou ook zomaar kunnen dat ik niet veel tijd bespaar.


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Door het inhuren van een reisbureau bespaart u veel tijd.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Mogen
  • Mocht u akkoord gaan met deze offerte dan…

  • Ik mis hier overtuiging.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Gaat u akkoord met deze offerte dan…

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Zullen
  • Ik zou het zeer op prijs stellen als ik snel van u mag vernemen. 

  • Zullen voegt niets toe, weglaten dus.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

 Ik stel het zeer op prijs als ik snel van u verneem.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Willen
  • Ik wil u op het volgende wijzen.


  • Willen is prima als je een wens uitspreekt. In alle andere gevallen is handelen effectiever.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Ik wijs u op het volgende.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Moeten
Zou het toch zover moeten komen dan…

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Komt het toch zover dan…

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Gaan
Ik ga het volgende week met u bespreken.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Ik bespreek het volgende week met u.

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Inleverdatum: dinsdag 27 oktober



Inleveren: Brief, plus feedback (voorzien van naam en datum) in Teams!
Kijk naar het beoordelingsmodel!

Slide 35 - Slide

This item has no instructions