Di 4 febr Voegwoorden

VOEGWOORDEN

voegwoorden verbinden 
woorden, woordgroepen en zinnen met elkaar

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

VOEGWOORDEN

voegwoorden verbinden 
woorden, woordgroepen en zinnen met elkaar

Slide 1 - Slide

Voegwoorden

Slide 2 - Slide

Voegwoorden
  • Voegwoorden zijn een soort cement.
  • Je kunt met voegwoorden zinnen aan elkaar plakken.

Slide 3 - Slide

Voegwoorden

Slide 4 - Slide

Voegwoorden
Vaak is een samengestelde zin aan elkaar geplakt met een voegwoord.

Het staat vaak na een komma of aan het begin van een zin.

Slide 5 - Slide

Sleep het voegwoord naar de juiste plek!
en
of
maar
want
dus

Slide 6 - Drag question

geen voegwoord
voegwoorden: en, of, maar, want, dus
voegwoorden: omdat, zodat, die, dat, of, ...
nevenschikking
onderschikking
enkelvoudig

Slide 7 - Drag question

nevenschikkend voegwoord
onderschikkend voegwoord
Anna wast thuis haar handen, nadat ze in de supermarkt is geweest.

Slide 8 - Drag question

nevenschikkend voegwoord
onderschikkend voegwoord
Peter mag niet naar buiten, want hij heeft koorts en moet erg hoesten.

Slide 9 - Drag question

Zijn de voegwoorden nevenschikkend of onderschikkend?
nevenschikkende voegwoorden
onderschikkende voegwoorden
en
terwijl
maar
doordat
dus
als
toen
want
hoewel
omdat

Slide 10 - Drag question

Voegwoord
Geen voegwoord

omdat
zodat
want
of
dus
in
werken
het
op
hebben
mooie

Slide 11 - Drag question

WEL een voegwoord
Geen voegwoord
dat
het
naast
tomaat
zij
onder
of
voordat
springen
omdat

Slide 12 - Drag question

Nevenschikkend voegwoord
Onderschikkend voegwoord
Maar
Omdat
Want
Of
Terwijl
En
Daarom
Mits

Slide 13 - Drag question

Huiswerk voor do 6 febr
Maken opdr. 5 t/m 9

Leren de voegwoorden
Grammatica blok 4

Slide 14 - Slide