This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Medicatie bij oncologie
Monique Meurs
BB1609/1701
30 September 2019
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
Aanleiding
Casuistieken
Vragen?
Werken aan de LWP
Slide 2 - Slide
Casus 1
Je werkt op de afd. gynaecologie. Mw de Beer wordt opgenomen op je afdeling. Mw heeft endometriumcarcinoom. Op haar medicijnlijst zie je de volgende medicatie:
Paracetamol
Tamoxifen
Denosumab
Slide 3 - Slide
Wat weet je over het ziektebeeld en de voorgeschiedenis van mw. n.a.v haar medicatie?
Slide 4 - Open question
Casus 2
Hr Peters heeft een hersentumor gehad. Hij is hieraan geopereerd en krijgt de volgende medicatie.
Movicolon 2x 1st
Dexamethason 4x4mg
Natriumvalproaat
Nexium 1x40mg
Slide 5 - Slide
Beargumenteer waarom dhr deze medicatie krijgt
Slide 6 - Open question
Als dhr Peters een epileptisch insult krijgt op jou afdeling. Wat zou je dan aan medicatie kunnen geven (altijd iom de dokter)
A
Diazepam
B
Levetiracetam
C
Midazolam
D
Rivotril
Slide 7 - Quiz
De dokter schrijft een dagelijkse bloedsuikerdagcurve voor, waarom?
Slide 8 - Open question
Casus 3 Mw de Laat is geopereerd aan een Whipple ingreep. Mw heeft na de operatie klachten van vettige ontlasting en pijn in de buik na het eten. Welke medicatie zal helpen?
Slide 9 - Open question
Ook krijgt mw Nexium voorgeschreven, waarom?
Slide 10 - Open question
Casus 4
Mw van Triest heeft een blaascarcinoom en wordt behandeld met Methotrexaat 150mg/m2.
Slide 11 - Slide
Wat zijn aandachtspunten voor jou als verpleegkundige?