W4 - NE MC1: verbanden en signaalwoorden - deel 2

NE MC1: verbanden en signaalwoorden - deel 2
02
oefening:
Welk verband hoort bij 
het signaalwoord?
1 / 15
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

NE MC1: verbanden en signaalwoorden - deel 2
02
oefening:
Welk verband hoort bij 
het signaalwoord?

Slide 1 - Slide

bijvoorbeeld
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 2 - Quiz

hierdoor
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 3 - Quiz

hoewel
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 4 - Quiz

ten eerste
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 5 - Quiz

zodat
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 6 - Quiz

bovendien
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 7 - Quiz

zoals
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 8 - Quiz

het tegenovergestelde
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 9 - Quiz

daarom
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 10 - Quiz

of
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
opsomming/volgorde
D
tegenstelling/verschil

Slide 11 - Quiz

NE MC1: verbanden en signaalwoorden - deel 2
03
oefening:
Noteer zoveel mogelijk signaalwoorden die bij het verband ‘een tegenstelling of verschil’ horen.

Slide 12 - Slide

signaalwoorden
voor een tegenstelling
of verschil

Slide 13 - Mind map

signaalwoorden voor
oorzaak-gevolg

Slide 14 - Mind map



Wat onthoud jij van deze les?

Slide 15 - Open question