... je kunt berekeningen maken met enkelvoudige rente
... je kunt rekenen met procenten
... je kunt de mediaan van een reeks getallen bepalen
... je weet wat ruilen over de tijd betekent
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 3 Sparen en lenen
Lesdoelen:
... je weet wat rente is en waarom er rente is
... je weet waarom mensen sparen
... je kunt berekeningen maken met enkelvoudige rente
... je kunt rekenen met procenten
... je kunt de mediaan van een reeks getallen bepalen
... je weet wat ruilen over de tijd betekent
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Kim heeft een jaar lang € 160 op een spaarrekening staan. Aan het einde van het jaar ontvangt ze € 1,20 rente. Bereken het rentepercentage op de spaarrekening
timer
1:30
Slide 3 - Open question
Deel van het geheel
dus € 1,20 x 100% = 0,75%
het deel x 100 %
geheel
€ 160
Slide 4 - Slide
Thomas heeft een jaar lang hetzelfde bedrag op een spaarrekening staan tegen een rente van 1,8%. Aan het einde van het jaar ontvangt hij € 23,40 rente. Bereken welk bedrag Thomas op zijn rekening had staan.
timer
2:00
Slide 5 - Open question
van deel naar geheel
procenten
1,8
1
100
euro's
€ 23,40
: 1,8
x 100
Slide 6 - Slide
van deel naar geheel
procenten
1,8
1
100
euro's
€ 23,40
€ 13,00
€ 1.300
: 1,8
x 100
of gelijk: € 23,40/1,8 x 100 = 1.300
Slide 7 - Slide
Larissa heeft op 1 januari van het jaar € 287,00 op haar rekening staan. Op 31 december is dit € 236,00. Bereken met hoeveel procent haar saldo is gedaald.
timer
2:00
Slide 8 - Open question
Procentuele veranderingen
nieuw - oud
oud
x 100% dus
€ 236 - € 287
€ 287
x 100% = - 17,8%
nieuw - oud = de verandering
Controleer jezelf: is je antwoord logisch?
Slide 9 - Slide
De prijs van een fiets was 370 euro.
Nu is de fiets 420 euro.
1. Is er inflatie of deflatie?
2. Wat is de procentuele verandering van de prijs van de fiets?
nieuw =
oud =
(nieuw - oud) : oud x 100 =
timer
2:00
Slide 10 - Slide
Huiswerk
Maken 3,6 t/m 3.12
Hoe? In stilte
Klaar? Werk door aan de resterende opgaven voor deze week (t/m 3.16)
Slide 11 - Slide
Ruilen over de tijd: sparen
Geld is een ruilmiddel
Sparen is het niet uitgeven van een deel van je inkomsten. Je stelt je besteding uit
Slide 12 - Slide
Ruilen over de tijd: lenen
Bij lenen kun je nu meer besteden, maar in de toekomst minder
Slide 13 - Slide
Mediaan
Het middelste getal van een reeks getallen die gerangschikt zijn van klein naar groot
Bij een even aantal getallen het gemiddelde van de twee middelste getallen
Waarom?
Een gemiddelde geeft soms een vertekend beeld, wanneer er een uitschieter in de reeks getallen is
Slide 14 - Slide
Cijfers die heel groot of heel klein zijn hebben meer invloed op het gemiddelde dan op de mediaan.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quiz
welke is de mediaan 20,22,6,9,13
A
6
B
13
C
9
D
20
Slide 16 - Quiz
Huiswerk
Maken 3,6 t/m 3.12
Hoe? In stilte
Klaar? Werk door aan de resterende opgaven voor deze week (t/m 3.16)
Slide 17 - Slide
Leerdoelen check
Lesdoelen:
... je weet wat rente is
... je weet waarom mensen sparen
... je kunt berekeningen maken met enkelvoudige rente
... je kunt rekenen met procenten
... je kunt de mediaan van een reeks getallen bepalen