Clase 3 - A3 - woensdag 18 september 2024

Clase 3 - A3 - miércoles 18 de septiembre 2024
1 / 22
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Clase 3 - A3 - miércoles 18 de septiembre 2024

Slide 1 - Slide

¿Qué hacemos hoy?
  • We checken ons huiswerk: Hoe goed kennen we de woorden en zinnen? Wat zijn de signaalwoorden die voorkomen bij de voltooid verleden tijd?
  • We leren een nieuw werkwoord 'gustar'
  • Je krijgt uitleg over deelopdracht 1 voor
  • in het portfolio

Slide 2 - Slide

E - Frases claves (handige zinnen)
Lees de handige zinnen in het blauwe kader van bron E eens goed door (TB blz. 10) 

  • Herken je de voltooid deelwoorden?
  • Welke woorden vind je lastig? Schrijf ze op in je schrift
timer
10:00

Slide 3 - Slide

We gaan een quizje doen...

  • Pak allemaal je laptop
  • Ga naar de site Lessonup.app
  • Voer de code in (op het bord ;-)

Slide 4 - Slide

(Yo) ... ido de vacaciones a Bélgica
A
hemos
B
ha
C
has
D
he

Slide 5 - Quiz

Hoe maak je het voltooid deelwoord van het werkwoord 'conocer'?
A
-er eraf halen + ado erachter zetten
B
-er eraf halen + ido erachter zetten
C
-ido achter het hele werkwoord zetten
D
-ado achter het hele werkwoord zetten

Slide 6 - Quiz

Welke signaalwoorden (aanduiding van tijd) heb je onthouden??

Slide 7 - Mind map

Hoe zeg je: 'We hebben Rome bezocht'
A
He visitado Roma
B
¿Habéis visitado Roma?
C
Hemos visitado Roma
D
No he visitado Roma

Slide 8 - Quiz

Mi hermano ... estudiado mucho
A
habéis
B
hemos
C
he
D
ha

Slide 9 - Quiz

Maak een zin in de voltooide tijd... (met één van de vormen van 'haber' + voltooid deelwoord)

Slide 10 - Mind map

Wat is een goed antwoord bij de vraag:
'Has ido de camping'?
A
No hemos ido de camping
B
Sí, he ido de camping
C
Sí, hemos ido de camping
D
Sí, ha ido de camping

Slide 11 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van 'hacer' (maken/doen)?
Deze is onregelmatig!!
A
hacido
B
hacado
C
hecho
D
hacho

Slide 12 - Quiz

Het werkwoord 'gustar' 
Het werkwoord 'gustar' betekent:
--> iets leuk/lekker/tof vinden/
ergens van houden
Het is een werkwoord dat je op
een bijzondere manier gebruikt!

slechts 2 vormen: gusta - gustan

Slide 13 - Slide

Gustar = ergens van houden
Me gusta el café
Me gusta viajar (=reizen)
Me gusta hacer futból

Me gustan las vacaciones 
Me gustan las manzanas (=appels)
Me gustan los abuelos
enkelvoud of werkwoord
iets wat meervoud is
no me gusta(n)

Slide 14 - Slide

Het gebruik van gustar bij 6 persoonsvormen:
- Me gusta nadar (=zwemmen).
- ¿Te gusta nadar?
- A Pedro le gusta nadar.
- Nos gusta nadar.
- ¿No os gusta nadar?
- A mis padres no les gusta nadar.

Slide 15 - Slide

Practicamos...

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Oefenen met 'gustar'

Slide 18 - Slide

Uitleg opdracht 1 portfolio
Volgende week woensdag lever je een stukje Spaanse, geschreven tekst in, waarin je iets vertelt over je afgelopen vakantieperiode! Waar ben je geweest en wat heb je gedaan?
Je gebruikt hierbij de verleden tijd
en het stukje moet bestaan uit 
minimaal 50 woorden. Gebruik 
verschillende voltooide deelwoorden. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Los deberes (wo 25 sept)
  • Leren (L): bron D (TB: blz. 10) --> wat zijn de signaalwoorden & welke voltooid deelwoorden zijn onregelmatig?
  • Leren (L): woordjes 1.4 (t/m 'laten zien') --> de 1e kolom (NL-SP) - WB blz. 39
  • Leren (L): bron E --> handige zinnen 
  • de kolom: para preguntar  (TB blz. 10)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide