Thema Planten herhaling 1 bs 1-2-3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

In de afbeelding zie je een doorsnede van een blad van een plant schematisch getekend. Enkele onderdelen zijn met een nummer aangegeven. Waar in de afbeelding zitten huidmondjes?

1. Boven in de afbeelding
2. Onder in de afbeelding

Waar of niet waar
Onderdeel 2 is een sluitcel van een huidmondje

1. Waar
2. Niet waar

In welke van de onderdelen kan fotosynthese plaatsvinden?

1. Onderdeel 1
2. Onderdeel 2
3. Onderdeel 3
4. Onderdeel 4

Welke functie hebben bladeren?

1. Bladeren halen water uit de grond
2. Bladeren zorgen voor stevigheid van de plant
3. In de bladeren vindt fotosynthese plaats

Welke twee stoffen worden verbruikt bij fotosynthese?

1. Glucose
2. Koolstofdioxide
3. Water
4. Zuurstof

Welke twee stoffen ontstaanbij fotosynthese?

1. Glucose
2. Koolstofdioxide
3. Water
4. Zuurstof

Wanneer vindt fotosynthese plaats?

1. Alleen overdag
2. Alleen 's nachts
3. 24 per dag

In welk onderdeel van de plantencel treed fotosynthese op?

1. Blad
2. Bladgroenkorrels
3. Kleurstofkorrels
4. Zetmelkorrels

Is het opslaan van reservevoedsel in een plant een functie van de stengels, van de wortels of van beide?

1. Alleen van de stengels
2. Alleen van de wortels
3. Zowel de stengels als de wortels

aan de bovenkant 

van de bladeren naar de rest van de plant

aan de binnekant 

aan de binnenkant

water en mineralen

Houtvat ligt aan de .... van de stengels

Houtvat ligt aan de ... van een bladnerf

Houtvat ligt aan de ... van een stam van een boom 

Houtvat transportteert

In een bastvaten gaat het transport richting 

Verkrijgen nerven stevigheid door houtvaten en vezels?

1. Ja
2. Nee

Iemand knipt in het voorjaar een tak van een druivenstruik, voordat er bladeren aan de takken zitten. Nog vele dagen daarna komt er vocht uit de tak .
Door welke oorzaak wordt het vocht naar buiten geperst?

1. Door worteldruk
2. Door de zuiging van de bladeren

Welke twee stoffen worden verbruikt bij verbranding?

1. glucose
2. koolstofdioxide
3. water
4. zuurstof

In welke van deze organismen vindt verbranding plaats?

1. bacterie
2. schimmel
3. plant
4. dier

Geef bij de omschrijving aan of deze hoort bij fotosynthese in planten of bij verbranding in planten.
Anorganische stoffen worden omgezet in een organische stof

1. fotosynthese
2. verbranding

Geef bij de omschrijving aan of deze hoort bij fotosynthese in planten of bij verbranding in planten.
Een organische stof wordt omgezet in anorganische stoffen

1. fotosynthese
2. verbranding

Twee omzettingen zijn:
A glucose + zuurstof → koolstofdioxide + water
B koolstofdioxide + water → glucose + zuurstof
Welke van de omzettingen A en B kan zowel voorkomen in een cel van een dier als in een cel van een plant?

1. Alleen A
2. Alleen B
3. Beide