Recensie schrijven (les 1 t/m 3) les 3 nog maken

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leesboek 
  • je iPad (dicht)
  • je leerwerkboek deel b
  • je schrift/pen
Les 1
1 / 51
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leesboek 
  • je iPad (dicht)
  • je leerwerkboek deel b
  • je schrift/pen
Les 1

Slide 1 - Slide

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Een recensie
> Een recensie, wat is dat?

Slide 3 - Slide

Planning
  • Leerdoelen recensie schrijven
  • Kenmerken ontdekken
  • Werkmoment
  • Wat zijn de kenmerken van een recensie? 

Slide 4 - Slide

Leerdoelen recensie schrijven
  • welke kenmerken recensies hebben (les 1)
  • taalgebruik in recensies (les 2)
  • waar je op moet letten als je een recensie schrijft (les 3)

  • schrijfplan maken voor jouw recensie (les 4)
  • recensie daadwerkelijk schrijven (les 5 / so)

Slide 5 - Slide

Recensie
Wat is een recensie?

Wat is het doel van een recensie?

Waar vind ik recensies, denk je?

Slide 6 - Slide

Recensie op bol.com
Recensies op scholieren.com

Slide 7 - Slide

Werkmoment
5.4 opdrachten:
  • 1, 2, 3 en 4.

Afsluiten met theorie en benoemen kernmerken recensie.

Slide 8 - Slide

Een recensie is hetzelfde
als een review.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Een recensie heeft vooral:
A
feiten
B
meningen
C
feiten en meningen

Slide 10 - Quiz

Bij welke tekstdoel past een recensie het beste?
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 11 - Quiz

Kenmerken recensie

Slide 12 - Mind map

Opbouw recensie
  • Inleiding: binnenkomer - onderwerp - mening
  • Kern: oordeel - argumenten (feiten/mening)
     Voorbeelden in je kern => sterker
  • Slot: samenvatten kern - uitsmijter 

Slide 13 - Slide

Binnenkomer
  • start met een anekdote;
  • iets persoonlijks;
  • iets wat je de afgelopen dagen/ uren is opgevallen;
  • iets actueels, maar hou het dicht bij jezelf. 
Kort verhaal waarin een gebeurtenis, meestal beleefd door de schrijver zelf, op humoristische wijze wordt neergezet

Slide 14 - Slide

Uitsmijter
  • een krachtige slotzin die bij de lezer blijft hangen
  • vat je oordeel en argumenten in 1 zin samen

Bijvoorbeeld:
...en laat met dit originele en onderhoudende boek bovenal zien een voortreffelijke verteller te zijn.

Slide 15 - Slide

Afsluiting


Volgende les verder taalgebruik in recensies.

Slide 16 - Slide

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leesboek 
  • je iPad (dicht)
  • je leerwerkboek deel b
  • je schrift/pen
Les 2

Slide 17 - Slide

timer
10:00

Slide 18 - Slide

Planning
  • Taalgebruik in recensies
  • Werkmoment
  • Afsluiting

Slide 19 - Slide

Leerdoelen recensie schrijven
  • welke kenmerken recensies hebben (les 1)
  • taalgebruik in recensies (les 2)
  • waar je op moet letten als je een recensie schrijft (les 3)

  • schrijfplan maken voor jouw recensie (les 4)
  • recensie daadwerkelijk schrijven (les 5 / so)

Slide 20 - Slide

Opbouw recensie
  • Inleiding: binnenkomer - onderwerp - mening
  • Kern: oordeel - argumenten (feiten/mening)
     Voorbeelden in je kern => sterker
  • Slot: samenvatten kern - uitsmijter 

Slide 21 - Slide

Het boek is zo geschreven alsof je zelf de hoofdpersoon bent.
A
actieve zin
B
passieve zin

Slide 22 - Quiz

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Vera doet het trucje voor.    ________  zegt:

‘Zo moet je ________ doen.’
deze
die
dit
dat
hij
zij
het

Slide 23 - Drag question

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Het drumstel is van Davids vader, 

maar ________ gebruikt ________ niet meer.
deze
die
dit
dat
hij
zij
het
ze

Slide 24 - Drag question

Het boek heeft 132 bladzijden en
20 hoofdstukken.
A
objectief
B
subjectief

Slide 25 - Quiz

Zin 1: Het boek is spannend.
Zin 2: Het boek is heel erg spannend.
Welke zin is krachtiger?
A
Zin 1
B
Zin 2

Slide 26 - Quiz

Zin 1: Ik vond het een beetje saai.
Zin 2: Ik vond het saai.
Welke zin zwakt het oordeel af?
A
Zin 1
B
Zin 2

Slide 27 - Quiz

A. De tranen liepen over mijn wangen
B. Ik huilde.
A
zin a en b = show
B
zin a en b = tell
C
zin a = tell zin b = show
D
zin a = show zin b = tell

Slide 28 - Quiz

A. De fiets viel van ellende uit elkaar.
B. De ketting van de fiets rammelde en de bel was verroest.
A
zin a en b = show
B
zin a en b = tell
C
zin a = tell zin b = show
D
zin a = show zin b = tell

Slide 29 - Quiz

Taalgebruik in recensies
  • actieve / bedrijvende zinnen (p. 111, deel B)
  • verwijswoorden (p. 35, deel B)
  • objectief / subjectief taalgebruik (p. 34, deel B)
  • subjectief taalgebruik: versterkers / verzwakkers
  • beeldend schrijven: showing, not telling (p. 190, deel A)
  • afwisselen zinsvolgorde, woordkeuze (p. 111, deel A)
  • structureer met signaalwoorden (leerjaar 1)

Slide 30 - Slide

Opdracht 1: zoek voorbeelden
  • actieve / bedrijvende zinnen (p. 111, deel B)
  • subjectief taalgebruik: versterkers / verzwakkers
  • beeldend schrijven: showing, not telling (p. 190, deel A)
timer
7:00

Slide 31 - Slide

Welke voorbeelden
heb je gevonden?

Slide 32 - Open question

Opdracht 2: Schrijf zelf een recensie.
Gebruik show, don't tell
Gebruik actieve zinnen.
Gebruik versterkers of verzwakkers.

Slide 33 - Slide

Wat heb je bedacht?

Slide 34 - Open question

Afsluiten van de les
Volgende les:

Hoe recensie schrijven?

Slide 35 - Slide

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leesboek 
  • je iPad (dicht)
  • je leerwerkboek deel b
  • je schrift/pen
Les 3

Slide 36 - Slide

timer
10:00

Slide 37 - Slide

Planning
  • Leerdoelen recensie schrijven
  • Hoe schrijf je een recensie?
  • Werkmoment
  • Werkwijze volgende week

Slide 38 - Slide

Leerdoelen recensie schrijven
  • welke kenmerken recensies hebben (les 1)
  • taalgebruik in recensies (les 2)
  • waar je op moet letten als je een recensie schrijft (les 3/4)

  • schrijfplan maken voor jouw recensie (les 5)
  • recensie daadwerkelijk schrijven (les 6 / so)

Slide 39 - Slide

Opbouw recensie
  • Inleiding: binnenkomer - onderwerp - mening
  • Kern: oordeel - argumenten (feiten/mening)
     Voorbeelden in je kern => sterker
  • Slot: samenvatten kern - uitsmijter 

Slide 40 - Slide

Binnenkomer
  • start met een anekdote;
  • iets persoonlijks;
  • iets wat je de afgelopen dagen/ uren is opgevallen;
  • iets actueels, maar hou het dicht bij jezelf. 
Kort verhaal waarin een gebeurtenis, meestal beleefd door de schrijver zelf, op humoristische wijze wordt neergezet

Slide 41 - Slide

Uitsmijter
  • een krachtige slotzin die bij de lezer blijft hangen
  • vat je oordeel en argumenten in 1 zin samen

Bijvoorbeeld:
...en laat met dit originele en onderhoudende boek bovenal zien een voortreffelijke verteller te zijn.

Slide 42 - Slide

Schrijfplan => tekststructuur
Schema met steekwoorden

Driedeling

Per deel: kernwoorden

Slide 43 - Slide

Werkmoment
Zoek een boekrecensie op een van de volgende sites:
  • hebban
  • jaapleest
  • goodreads

Bekijk het feedbackformulier op Magister.
Wat neem je mee voor je eigen recensie?

Slide 44 - Slide

Van het beoordelen van een recensie heb ik het volgende geleerd:

Slide 45 - Open question

Planning volgende week
Les 1: 
  • je vult je schrijfplan op papier in, einde les inleveren
  • je geeft elkaar feedback op het schrijfplan;
  • je leesboek mag je erbij houden;
  • geen iPad erbij (aantekeningen dus in je schrift)
Les 2:
  • je krijgt je schrijfplan terug;
  • je schrijft op SO papier je recensie uit en levert met schrijfplan in.

Slide 46 - Slide

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leesboek 
  • je schrift met aantekeningen/pen
Les 4

Slide 47 - Slide

Beoordeling
  • Inhoud: alle onderdelen schrijfplan erin.
  • Proces: schrijfplan volledig ingevuld / feedback gegeven
  • Taal: volledige zinnen, juiste woordkeuze, juiste verwijzingen, juiste zinsbouw.
  • Correct geschreven qua spelling van (werk)woorden.
  • Correcte hoofdletters en interpunctie.
  • Tussen 250 en 350 woorden.
Sterren geven / schrijver, titel, jaar

Slide 48 - Slide

Planning
Les 1: 
  • je vult je schrijfplan op papier in, einde les inleveren
  • je geeft elkaar feedback op het schrijfplan;
  • je leesboek mag je erbij houden;
  • geen iPad erbij (aantekeningen dus in je schrift)
Les 2:
  • je krijgt je schrijfplan terug;
  • je schrijft op SO papier je recensie uit en levert met schrijfplan in.

Slide 49 - Slide

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leesboek 
  • je pen
Les 5

Slide 50 - Slide

Beoordeling
  • Inhoud: alle onderdelen schrijfplan erin.
  • Proces: schrijfplan volledig ingevuld / feedback gegeven
  • Taal: volledige zinnen, juiste woordkeuze, juiste verwijzingen, juiste zinsbouw.
  • Correct geschreven qua spelling van (werk)woorden.
  • Correcte hoofdletters en interpunctie.
  • Tussen 250 en 350 woorden.
Sterren geven / schrijver, titel, uitgever

Slide 51 - Slide