8.3 Rond je cellen

1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions


8.3 Rond je cellen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 8.3 Rond je cellen
- Je kunt beschrijven hoe stoffen vanuit het bloedplasma naar de cellen gaan.
- Je kunt beschrijven hoe weefselvloeistof gevormd word en hoe die weer teruggaat naar het bloed.
- Je kunt het verschil tussen bloedplasma, weefselvloeistof en lymfe uitleggen.
- Je kunt uitleggen wat de functie van het lymfevatenstelsel is.
- Je kunt beschrijven welke rol de lymfeklieren spelen bij het bestrijden van infectieziekten.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke stoffen hebben de cellen nodig?
Glucose: geeft energie (voor o.a. warmte, beweging, groei, herstel).
Zuurstof: om glucose te kunnen verbranden is zuurstof nodig.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Opname van stoffen
    1. Rode bloedcellen laten zuurstof los in bloedplasma in de haarvaten. Glucose zit daar al opgelost. Zuurstof komt in het bloedplasma

    2. Glucose en zuurstof gaan door de wand van het haarvat naar de weefselvloeistof. Weefselvloeistof stroomt tussen de cellen door. 

      Slide 5 - Slide

      This item has no instructions

      Weefselvloeistof
      Weefselvloeistof is tussenstation tussen bloed en de cellen.

      Vanuit de
      weefselvloeistof nemen de cellen glucose en zuurstof op.

      Koolstofdioxide, water en andere afvalstoffen worden door de cellen weer afgegeven aan weefselvloeistof.

      Slide 6 - Slide

      This item has no instructions

      Weefselvloeistof moet terug naar het bloed
      2 manieren:
      1. via de haarvaten
      2. via de lymfevaten: kleine vaten in de weefsels. 

      Weefselvloeistof in lymfevat = lymfe

      Slide 7 - Slide

      Zie vorige afbeelding.

      Slide 8 - Video

      This item has no instructions

      Lymfeknopen/ klieren
      Hier komen lymfevaten bij elkaar. 

      Witte bloedcellen in de lymfeklieren ruimen ongewenste stoffen in de lymfe op.

      Bij teveel ziekteverwekkers zwelt de lymfeklier op. 

      Slide 9 - Slide

      This item has no instructions

      Slide 10 - Slide

      This item has no instructions

      Functie van het lymfevatenstelsel
      2 taken:
      1. Lymfevaten voeren lymfe terug naar het bloed.
      2. Lymfeklieren controleren lymfe op ziekteverwekkers en schadelijke stoffen 

      Slide 11 - Slide

      This item has no instructions

      Slide 12 - Video

      This item has no instructions

      Maken
      Eerste 8 minuten in stilte
      Zelf bestuderen/doorlezen:  8.3
      Maken: Par 8.3: opdr. 2, 5 t/m 7, 9, 10, 14, 15 en 16

      Klaar? Nakijken -> antwoorden staan op itslearning

      timer
      8:00

      Slide 13 - Slide

      This item has no instructions

      Slide 14 - Link

      This item has no instructions

      Leerdoelencheck: Waar zat het vocht dat uit een blaar komt?
      A
      in cellen
      B
      tussen cellen
      C
      in haarvaten
      D
      tussen haarvaten

      Slide 15 - Quiz

      This item has no instructions

      Juist of onjuist
      In weefselvloeistof komen rode bloedcellen voor.
      A
      juist
      B
      onjuist

      Slide 16 - Quiz

      This item has no instructions

      Juist of onjuist
      In weefselvloeistof komen witte bloedcellen voor.
      A
      juist
      B
      onjuist

      Slide 17 - Quiz

      This item has no instructions

      Juist of onjuist
      In weefselvloeistof komen hormonen voor.
      A
      juist
      B
      onjuist

      Slide 18 - Quiz

      This item has no instructions

      Zie afbeelding. Welk type bloedvat is dit?
      Dit bloedvat heeft een klep. (zie plaatje)
      A
      ader
      B
      slagader
      C
      haarvat

      Slide 19 - Quiz

      This item has no instructions

      De longslagader en longader horen bij....
      A
      de grote bloedsomloop
      B
      de kleine bloedsomloop

      Slide 20 - Quiz

      This item has no instructions

      Zijn de hartkleppen open of gesloten tijdens de hartpauze?
      A
      open
      B
      gesloten

      Slide 21 - Quiz

      This item has no instructions

      Waar is de bloeddruk het hoogste?
      A
      aders
      B
      slagaders
      C
      haarvaten

      Slide 22 - Quiz

      This item has no instructions

      Juist of onjuist
      In weefselvloeistof komen vitaminen voor.
      A
      juist
      B
      onjuist

      Slide 23 - Quiz

      This item has no instructions