This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Wat gaan we doen vandaag?
Herhaling paragraaf 1 (5 min)
behandelen paragraaf 2 (15 min)
zelfstandig werken (10 min)
Wat hebben we geleerd (5 min)
Huiswerk (15 min)
Slide 1 - Slide
Welke productiefactor zie je hiernaast afgebeeld?
A
Kapitaalgoederen
B
Arbeid
C
Natuur
D
Ondernemerschap
Slide 2 - Quiz
Welke productiefactor zie je hiernaast afgebeeld?
A
Kapitaalgoederen
B
Arbeid
C
Natuur
D
Ondernemerschap
Slide 3 - Quiz
In welke sector hoort deze productie?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector
Slide 4 - Quiz
In welke sector hoort deze productie?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector
Slide 5 - Quiz
In welke sector hoort deze productie ?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector
Slide 6 - Quiz
Wat betekent "zwart werk"?
A
Onbetaalde productie zoals vrijwilligerswerk
B
Onbetaalde productie in de huishouding
C
Betaald werk waarover geen belastingen en sociale premies worden betaald
Slide 7 - Quiz
Wat is de beroepsbevolking?
Slide 8 - Open question
Is de brandweer een onderdeel van de collectieve sector?
A
Ja
B
Nee
Slide 9 - Quiz
Lesdoel:
Slide 10 - Slide
Afzet
Hoeveelheid verkochte producten.
Omzet
- Afzet x verkoopprijs(exclusief btw)
- Verkoopopbrengst
Slide 11 - Slide
Wat is BTW?
Het is belasting die de winkelier moet optellen bij het product of dienst. Het geld wat de consument aan BTW (belasting toegevoegde waarde) betaald, moet de winkelier weer afdragen aan de overheid.
Slide 12 - Slide
BelastingToegevoegdeWaarde
elk kwartaal (3 mnd) BTW afdragen aan belastingdienst
de klanten betalen wel BTW; dat moet de ondernemer afdragen aan de belastingdienst
na 3 maanden betaal je als ondernemer alle ontvangen BTW van je klanten, verminderd met je eigen betaalde BTW over de zakelijke inkoop.
Slide 13 - Slide
BTW Tarieven
Slide 14 - Slide
Inclusief BTW
Exclusief BTW
Slide 15 - Slide
Stel, jij koopt een nieuwe trui exclusief btw voor €75,00 euro. Je moet er nog 21% btw over betalen. Hoeveel btw betaal je? En hoeveel wordt dan de consumentenprijs die jij moet betalen?
Slide 16 - Open question
Stel, jij koopt 10 kilo kaas exclusief btw voor €50,00 euro. Je moet er nog 9% btw over betalen. Hoeveel btw betaal je? En hoeveel wordt dan de consumentenprijs die jij moet betalen?
Slide 17 - Open question
Inkoopwaarde en brutowinst
Inkoopwaarde
De totaal bedrag aan de inkoop van producten
Brutowinst
Het verschil tussen de omzet en inkoopwaarde.
Omzet (afzet x verkoopprijs)
inkoopwaarde -
Brutowinst.
Slide 18 - Slide
Zelfstandig werken
Maken opdrachten hoofdstuk 1 paragraaf 2
Lees de theorie op bladzijde 12 en 13
Maak de opdrachten 1 t/m 16
Slide 19 - Slide
opdrachten maken
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Wat hebben we geleerd?
Slide 22 - Mind map
Maken hoofdstuk 1 paragraaf 2 opdracht 1 t/m 16 inleveren door middel van foto of bestand