T3 Herhaling H5

H5 - Werkt dat zo?
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo lwoo, tLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H5 - Werkt dat zo?

Slide 1 - Slide

Wat betekent CAO?
A
Collectie Aandelen Overname
B
Collectieve Arbeids Overeenkomst
C
Collectieve Arbeid Onderhandeling

Slide 2 - Quiz

Hoe bereken je het nettoloon?
A
Brutoloon + belasting
B
Brutoloon + Belastingen + premies
C
Brutoloon - (loonbelasting + premies)
D
Belastingen + Brutoloon

Slide 3 - Quiz

Op Jasper zijn bankrekening is €1220 loon bijgeschreven. Aan loonbelasting is €320 ingehouden en aan sociale premies €115. Bereken het brutoloon van Jasper.

Slide 4 - Open question

Eenmanszaak
VOF
BV en NV
1 eigenaar
Meerdere eigenaren die samen de leiding hebben. 
Heeft aandeelhouders

Slide 5 - Drag question

Hoe heet dit schema?
A
Organigram
B
Bedrijfsschema
C
Leidingschema
D
Arbeidsverdeling

Slide 6 - Quiz

Vorig jaar waren er 305.000 werklozen, nu zijn dat er 292.000. Hoeveel procent is de werkloosheid gedaald? (vergeet het procent teken niet achter ja antwoord te zetten, rond af met 1 decimaal & schrijf alleen het antwoord op)

Slide 7 - Open question

Welke soorten
werkloosheid zijn er? Noem er minimaal 3

Slide 8 - Mind map

Wat krijgt de werknemer daadwerkelijk op zijn bankrekening gestort?
A
Nettoloon
B
Loontoeslag
C
Brutoloon
D
De totale loonkosten

Slide 9 - Quiz

Bij welke organisatie moet jij je inschrijven wanneer je een uitkering wilt aanvragen, doordat je werkloos bent geworden.
A
Het UWV
B
Het CBS
C
Het CBR
D
Bij de belastingdienst

Slide 10 - Quiz

Hoeveel uur moet je minimaal werken om een voltijdbaan te hebben? (vul alleen het antwoord (cijfer) in)

Slide 11 - Open question

Je werkt voor de politie. In welke sector werk je?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartiaire sector

Slide 12 - Quiz

Je betaalt vennootschapsbelasting en je mag je aandelen NIET vrij verhandelen. Wat voor ondernemingsvorm is dit? (schrijf alleen de afkorting op in kleine letters)

Slide 13 - Open question

je bent bakker. In welke sector werk je?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertaire sector
D
Quartaire sector

Slide 14 - Quiz

Wanneer hoor je bij de beroepsbevolking?
A
Op het moment dat je 12 uur of meer werkt
B
Op het moment dat je opzoek bent naar een baan van 12 uur of meer.
C
Geen van deze antwoorden zijn goed
D
Zowel antwoord A als B is goed

Slide 15 - Quiz

Welke wet geeft aan hoeveel minuten pauze je minimaal moet hebben per dag. (schrijf alleen de naam van de wet)

Slide 16 - Open question

Je maait het gras voor je vader. In welke sector werk je?
A
Formele sector
B
Informele sector

Slide 17 - Quiz

Wanneer je betaald werk doet werk je altijd in de formele sector. Juist of onjuist?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz