BVVJ 4.2 De bloedvaten

4.2 de bloedvaten/ het bloedvatenstelsel
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4.2 de bloedvaten/ het bloedvatenstelsel

Slide 1 - Slide

Vragenrondje. Wat vinden ze van het plaatje? Zou de rest van het lijf ook zo zijn...

Wat gaan we doen vandaag
Terugblik
Leerdoelen 4.2 BK: de bloedvaten KGT: de bloedsomloop
Theorie 4.2
Aan de slag
Afsluiten

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 4 'De bloedsomloop'
  1. Bloed
  2. De bloedvaten
  3. De bloedsomloop
    herhaling basisstof 1, 2 en 3
  4. Het hart
  5. De nieren en samenhang
  6.  Afweer
    Proeftoets en werk controle
  7. Toets

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Doel vorige les
Je kunt de bestanddelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies


 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Bloed bestaat uit: Bloedplasma, bloedplaatjes en bloedcellen.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van bloedplasma?
A
Het vervoert stoffen
B
Het vervoert zuurstof

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van rode bloedcellen?
A
Ze vangen ziektewekkers
B
Ze vervoeren zuurstof
C
Ze vervoeren stoffen
D
Het zorgt voor bloedstolling

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van witte bloedcellen?
A
Het vervoert stoffen
B
Het vervoert zuurstof
C
Het maakt ziektewekkers onschadelijk
D
Het zorgt voor bloedstolling

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van bloedplaatjes
A
Ze vangen ziektewekkers
B
Ze vervoeren zuurstof
C
Ze vervoeren stoffen
D
Het zorgt voor bloedstolling

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht 1 – 8 blz 172- 178 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Doel deze les
- Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun functies.




 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Drie typen bloedvaten

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slagaders
Van het hart naar de organen
Brengt zuurstof  naar organen toe
Daarom zijn ze meestal rood gekleurd

Het hart perst bloed met kracht in de slagaders: de bloeddruk is hoog
daardoor zetten de slagaders uit en ze veren ook weer terug
De wanden zijn heel dik en elastisch 

De slagaders liggen diep in je lichaam
Je kunt het kloppen van je slagaders wel voelen in je pols en in je hals



Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Kun je slagaders van de buitenkant van je lichaam zien
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Een slagader loopt van .............
A
hart -> orgaan
B
Orgaan -> hart

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Haarvat
Ze liggen om organen heen 
overal in je lichaam
Ze zijn heel klein
De wanden zijn heeeeel dun

- Het vocht met zuurstof en voedingsstoffen kan door de wand heen zodat organen zuurstof krijgen
- Vocht met koolstofdioxide en afvalstoffen wordt weer meegenomen door het bloed

de bloeddruk is lager dan in de slagaders
maar hoger dan in de aders

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Aders
Van de organen naar het hart
bevatten weinig zuurstof
daarom zijn ze meestal blauw gekleurd
de bloeddruk is laag, je voelt hierin geen hartslag

Sommige aders liggen dicht onder de huid
de wanden zijn dun
De bloeddruk is laag
Daarom hebben ze kleppen
zodat het bloed niet terug kan stromen naar de organen

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Kun je aders door bijv. je had zien lopen
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Een ader loopt van ...........
A
Hart -> orgaan
B
Orgaan -> hart

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Welk bloedvat is zuurstofrijk?
A
Slagader
B
Ader

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Welk bloedvat loopt vanaf het orgaan terug naar het hart
A
Slagader
B
Ader

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Uitleg basisstof 2 'Bloedvaten'
Bloed stroomt in je lichaam door drie verschillende bloedvaten:
• slagaders
• haarvaten
• aders

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slagaders: 
- Het hart stuurt bloed naar de
slagaders. 
- Dit bloed bevat zuurstofrijk bloed.
(In plaatjes zijn dat de rode vaten)
(Blauw = zuurstof arm)
- Ze liggen diep in het lichaam.  

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Haarvaten:
- Slagaders brengen het zuurstofrijke bloed naar de organen. (Lever, darmen, huid enz)
- Bij de organen vertakken de grote slagaders in kleine bloedvaten: de haarvaten.  
- De haarvaten geven zuurstof en
voedingsstoffen aan de organen. 
- De organen geven afvalstoffen aan 
de haarvaten. 
  

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Aders:
- Via de haarvaten krijgen de aders
het bloed met de afvalstoffen
(bijv koolstofmonoxide) en
vervoeren dit naar de longen
om daar weer zuurstof te krijgen. 
- In een plaatje aangegeven met
blauw. 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

aan de slag
Maken 4.2
BK: De bloedvaten
KGT: De bloedsomloop

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Doel deze les
- Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun functies.




 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Haarvaten zorgen voor:
A
ze geven zuurstofarm bloed aan de organen
B
ze geven zuurstofrijk bloed aan de organen

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van slagaders?
A
Ze vervoeren zuurstofrijk bloed van longen naar de rest van je lijf.
B
Ze vervoeren zuurstofarm bloed van longen naar de rest van je lijf.

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

De longen geven zuurstof af aan de:
A
Slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

De longen krijgen zuurstofarm bloed van de:
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Welke bloedvaten zijn het grootst en liggen diep in je lichaam?
A
Slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Noem een bestandsdeel van bloed met kenmerken en functie

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Hoe ging de les
maken 4.2
Volgende keer: de bloedsomloop

Slide 37 - Slide

This item has no instructions