Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1
This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
lesdoelen
Je kunt de veranderingen in het vruchtbeginsel na bevruchting beschrijven
Slide 2 - Slide
Eicel
Kern eicel
Kern stuifmeel
Stempel
Stijl
Stuifmeelbuis
Stuifmeelkorrel
Vruchtbeginsel
Zaadbeginsel
Slide 3 - Drag question
In de bloem:
Zaadbeginsels worden zaden
Na de bevruchting gaan de zaadbeginsels en het vruchtbeginsel groeien.
De zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden met in elk zaad een bevruchte eicel.
Als een eicel in een zaadbeginsel niet bevrucht is, verschrompelt dat zaadbeginsel.
De zaden van peulvruchten (bijv. de sperzieboon) noem je bonen. (zie volgende dia's)
1. Verschrompeld zaadbeginsel: Dit zaadbeginsel is niet bevrucht.
2. Een minder goed ontwikkelt zaad (het kleinere boontje)
1
Restant bloemkelk met bloemsteel
2
Restant van de stijl
3
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
De bloem is nog niet bevrucht.
De bloem is bevrucht. Het vruchtbeginsel en het zaadbeginsel zijn aan het groeien.
Bloemsteel
1
Restje van de kelkbladeren
2
Kroonbladeren
3
Vruchtbeginsel
4
Zaadbeginsel
5
Meeldraden
6
Slide 14 - Slide
Kroonbladeren en meeldraden vallen af.
Je ziet het vruchtvlees met de zaden.
Als de zaden rijp zijn,
springt de vrucht open
en komen de zaden vrij
Zaden bevatten reserve voedsel
dat nodig is voor het kiemen
Hier zie je de lange vrucht van de sperzieboon (peulvrucht).
bloemkelk
restje van de stijl
Slide 15 - Slide
Pitten zijn ook zaden, ze zitten in fruit. Er is fruit met heel veel pitten. Er zijn dan heel veel eicellen bevrucht. Daar zijn dus heel veel stuifmeelkorrels voor nodig geweest.
Het vruchtbeginsel van een kers bevat één zaadbeginsel.
Er is maar 1 eicel bevrucht en 1 zaad ontstaan. De aardbei is heel vaak bevrucht. De zaadjes zie je aan de buitenkant.
Pitten zijn zaden
De pitjes (zaden) zie je aan de buitenkant.
Meloen: Heel veel zaden, dus er zijn heel veel eicellen bevrucht. Er zijn hier heel veel stuifmeelkorrels op de stempel van de bloem terecht gekomen.
Slide 16 - Slide
Een druif is een vrucht. De druiven van de tros bevatten gemiddeld vijf pitten.
Hoeveel vruchtbeginsels zijn er ongeveer betrokken geweest bij de vorming van deze tros druiven?
A
1
B
5
C
ongeveer 15
D
ongeveer 75
Slide 17 - Quiz
Zaad en vrucht
Wat is het zaad?
Wat is de vrucht?
Zaad
1
Vrucht
2
Leren
Slide 18 - Slide
Deze tomaat is ontstaan uit
A
het zaadbeginsel
B
het vruchtbeginsel
C
een zaad
D
de eicel
Slide 19 - Quiz
Appel, wat is nu wat?
Wat is het zaad van het peultje en wat is het vruchtvlees?
Steeltje
1
Vruchtvlees
2
Klokhuis met daarin het zaad.
Uit een zaad kan een nieuwe appelboom groeien als dat zaadje gepoot wordt. De kiem (het begin van het jonge plantje) zit in het zaad.
3
Kroontje met verwelkte blaadjes
4
Slide 20 - Slide
Opdrachten
Lees eerst blz 151 t/m 157 door.
Maak dan de opdrachten volgens planning die je hebt gekregen