Lezen hoofdstuk 1 Talent

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Lezen hoofdstuk 1 Talent

Titel:

De titel staat boven een tekst

De titel vertelt waar de tekst over gaat

Meestal zijn de letters van de titel groter gedrukt.

Welke zin klopt niet?

1. Een tekst kan meerdere titels hebben
2. Een titel is vaak dik gedrukt.
3. Een titel vertelt vaak waarover de tekst gaat
4. Een titel staat boven een tekst

Deeltitel:

• In sommige teksten staan deeltitels
• Deeltitels staan in de tekst
• Een deeltitel vertelt iets over een stukje tekst

Hoeveel tussenkopjes zag je op de vorige slide?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Alinea:

• Een tekst is verdeeld in alinea's
• De zinnen van alinea horen bij elkaar
• In een alinea staat een stukje van het onderwerp
• De zinnen van een alinea staan achter elkaar.

Nieuwe regel

Witregel

Inspringen

Welke onderdelen kun je
zien in een tekst?

"Kinderen moeten
zich vuil
kunnen maken" is een...?

1. Alinea
2. Deeltitel
3. Titel
4. Witregel

Hoe herken je een alinea?

Hoe vind je het onderwerp van een tekst?

Tegenwoordige tijd (t.t.)= nu (of later)

lopen

Verleden tijd (v.t.)= eerder

liepen

staat dit woord in de t.t. of v.t.

helpen

1. t.t.
2. v.t.

staat dit woord in de t.t. of v.t.

riepen

1. t.t.
2. v.t.

staat dit woord in de t.t. of v.t.

dacht

1. t.t.
2. v.t.

staat dit woord in de t.t. of v.t.

was

1. t.t.
2. v.t.

staat dit woord in de t.t. of v.t.

hebben

1. t.t.
2. v.t.

Schrijf de zin in de v.t.
John koopt koffie.

Schrijf de zin in de andere tijd

Ik heb geen zin in de toets.

We kijken straks naar het Jeugdjournaal:

• Je kiest een onderwerp, daar schrijf je de informatie van op en je maakt er een PicCollage van.
• Ben je klaar? Dan werk je aan de online oefenstof van Talent.