This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Vandaag
Uitleg over paragraaf 2.4, bladzijde 110
Werken aan de opdrachten/cellen leren
LessonUp cellen
Slide 1 - Slide
Wat gaan we vandaag leren?
Vandaag gaan we leren:
Wat cellen zijn en hoe ze eruit zien.
Wat verschillen zijn tussen planten- en dierencellen.
Slide 2 - Slide
Weefsels van dieren
Een weefsel is een groep cellen die er allemaal hetzelfde uitzien en allemaal ook dezelfde functie hebben. Tussen de cellen zit tussencelstof.
Slide 3 - Slide
Cellen
Het kleinste levende deel in planten en dieren is een cel. Er zitten in een lichaam veel verschillende cellen die ook allemaal andere functies hebben.
Slide 4 - Slide
Dierlijke cellen
Dierlijke cellen kunnen er erg anders uitzien, maar hebben toch altijd deze onderdelen:
- Celmembraan, houdt de cel bij elkaar
- Cytoplasma, water in de cel
- Celkern, hier zit het DNA in, heeft ook kernplasma en kernmembraan.
Slide 5 - Slide
Plantaardige cel
Plantaardige cellen hebben dezelfde onderdelen, maar ook een paar extra:
- Celwand, een dikkere laag om de cel heen, zorgt ervoor dat de cel stevig is.
- Plastiden, speciale korrels in de cel. Dit kunnen zetmeelkorrels, bladgroenkorrels of kleurstofkorrels zijn.
- Vacuole, extra zakje met water. Hiermee word de cel extra stevig en kan er water op worden geslagen.
Slide 6 - Slide
Verschillende plastiden
Slide 7 - Slide
Verschil plantaardige cel en dierlijke cel
Slide 8 - Slide
Verschil tussen cellen
Slide 9 - Slide
Aan de slag!
Huiswerk voor volgende les: Opdrachten paragraaf 2.4, inclusief samenvatting en plusopdracht. Het begint op bladzijde 112. Als je in de les eerder klaar bent mag je de samenhang ook maken.