oefen SO unité 1 partir/sortir, voorzetsels landen, invuloef, het weer

1 / 36
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

> Je leert over de Franse cultuur, Reizen en vervoersmiddelen.

> Je kunt over het weer vertellen 

> Je kunt vertellen naar welk land je reist of in welk land/welke plaats je bent. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

> Invullen enquête voor mij van de vorige les: 
ga naar: mijnlest.nu/ wachtwoord: ZDU5GK96

> Contrôler grammaire 1
> Répéter voorzetsels landen (lesson-up) 
> Oefen SO apprendre 1,2,3,10 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

> Parlez 
> Partir et sortir (socrative --> Roomname: MOOI5001)
> Jouer un jeu (partir, sortir et les pays) 
> Expliquer voorzetsels van landen
> Faites les exercices 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Parler v2 
vraagzinnen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Apprendre 1 page 38 FR/NL NL/FR
V2

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Voorzetsels landen en steden

> être / aller + au/en/aux/à.....+ "le / la / les land"/ eiland/stad


stad of eiland? = à
mannelijk land = à + le = au
vrouwelijk land = à + la = en
meervoud land = à + les = aux
eindigt een land op een 'e'? = vrouwelijk
eindigt of start een land met een medeklinker = mannelijk? 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Voorzetsels landen en steden




stad of eiland? = à
mannelijk land = à + le = au
vrouwelijk land = à + la = en
meervoud land = à + les = aux
eindigt een land op een 'e'? = vrouwelijk
eindigt of start een land met een medeklinker = mannelijk? 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Voorzetsels landen en steden




quoi: faites werkblad voorzetsels landen en steden
comment: dans ton cahier
aide: ta voisine/ton voisin, ta prof
durée: 10 minutes
contrôler: met een nakijkblad (5 min)
fini? faites socrative: partir et sortir 
       Roomname: MOOI5001 (10 min)
fini? faites page 17-18 exercice 8C, 8D, 8 E
invullen enquête: website: mijnles.nu/ 
                 wachtwoord: 3GCD0X9

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Voorzetsels landen en steden




quoi: faites werkblad voorzetsels landen en steden
comment: dans ton cahier
aide: ta voisine/ton voisin, ta prof
durée: 10 minutes
contrôler: met een nakijkblad (5 min)
fini? faites socrative: partir et sortir 
       Roomname: MOOI5001 (10 min)
fini? faites page 17-18 exercice 8C, 8D, 8 E


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

invul oefening


il gèle - à cause de - il fait chaud - en train - a mal au coeur - arrive
1. il ............. en Allemagne
2. je pars .......... en Belgique
3. il y a un bouchon ......... des travaux.
4 ma mère gare la voiture parce que ma soeur .........
5 il fait 30 degrés donc .......
6. il fait très froid moins cinq degrés donc  .......

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

juiste vorm van partir et sortir invullen 

1. Kees heeft verkering met Lisa
2. de nieuwe film komt deze week uit
3. Eliza en Mika gaan van de snelweg af
4. ik ben vertrokken naar Amerika
5. U bent de klas uitgegaan 
6. wij zijn vertrokken naar Frankrijk

            Socrative: ROOMNAME: MOOI5000 (staat ook 
            later nog aan)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

le temps: gebruik 10 zinnen om het weer te beschrijven

vragen nog over de toets? lesstof? 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
on est .... (Hollande)

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
Je vais .... (Belgie)

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
Je suis .... (Luxemburg)

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
J'habite .... (Turkije)

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
(wij gaan =) nous allons .... (Frankrijk)

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
ils sont .... (Duitsland)

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
J'habite .... (VS)

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
vous êtes .... (Spanje)

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
Je vais .... (Marokko)

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
J'habite .... (Nederland)

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Vertaal het woord tussen haakjes met de juiste voorzetsels
Elle est .... (Zwitserland)

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Le temps
> Quel temps fait-il aujourd'hui?
> Quel temps faisait-il hier?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

La météo: Zet de juiste letter bij het juiste plaatje/cijfer
Il fait chaud
Il fait très froid
il y a du soleil et le ciel est couvert

Il fait orage

Slide 27 - Drag question

This item has no instructions

La météo: Zet de juiste letter bij het juiste plaatje/cijfer.
Il neige
Il y a du soleil
Il pleut
Il fait très froid 

Il y a du vent


Slide 28 - Drag question

This item has no instructions

Le temps
> Quel temps fait-il aujourd'hui?
> Quel temps faisait-il hier?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

> Parlez 
> inplannen SO appr 1,2,3, en 10 
> quel temps fait-il?
> vragen over lire/het weer?
> expliquer partir et sortir
>  faites grammaire 1 (page 16-18)
> fini? maak flitskaartjes leer apprendre 3

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Video

Je hoeft het filmpje niet helemaal af te kijken
Grammaire 1
Quoi? faites exercice 8 page 16 - 18
Comment? dans ton livre
Aide? ton voisin/ta voisine, ta prof
Durée? 20 min
Fini? maak flitskaartjes voor de werkwoorden sortir en partir
Pourquoi? Zodat je de werkwoorden sortir en partir kunt vervoegen en gebruiken in Franse zinnen

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions