Quiz MTH DA 2

Quiz MTH DA 2
1 / 44
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Quiz MTH DA 2

Slide 1 - Slide

Welk verband gebruik je bij een wond aan de elleboog?
timer
0:15
A
Hydrofiel windel
B
Crêpe verband
C
Ideal windsel
D
Ideal zwachtel

Slide 2 - Quiz

Hoeveel vloeistof wordt er geïnjecteerd bij een Mantoux prik?
timer
0:15
A
1 ml
B
0,5 ml
C
0,2 ml
D
0,1 ml

Slide 3 - Quiz

In welk deel van de huid injecteer je bij een subcutane injectie
timer
0:15
A
Opperhuid (epidermis)
B
Lederhuid (dermis)
C
Onderhuids bindweefsel (subcutis)
D
pigment (melaline)

Slide 4 - Quiz

Voor een intramusculaire injectie gebruik je een:
timer
0:15
A
Blauwe naald
B
Oranje naald
C
Groene naald
D
Roze naald

Slide 5 - Quiz

Uitstrijkje: onderzoeken of er afwijkende cellen zijn in de baarmoederhals. Behoort bij...
timer
0:15
A
histologie
B
anatomie
C
cytologie
D
morfologie

Slide 6 - Quiz

Wat betekend TIME in de wondzorg?
timer
0:15
A
Tijd, Investering, Mogelijkheden, Effect
B
Tissue, Infection, Moisture, Edges
C
Type, Irritatie, Middelen, Ernst
D
Toepassen, Inleven, Meten, Ervaren

Slide 7 - Quiz

Wat is GEEN geschikte injectieplaats voor een intramusculaire injectie
timer
0:15
A
bovenarmspier
B
bilspier
C
buikspier
D
dijbeenspier

Slide 8 - Quiz

Op welk oor starten we de audiometrie?
timer
0:15
A
Rechts
B
Links
C
Het slechtse oor
D
Het beste oor

Slide 9 - Quiz

Hoeveel keer draai je het borsteltje rond bij het maken van een uitstrijkje?
timer
0:15
A
3x
B
5x
C
7x
D
10x

Slide 10 - Quiz

Welke voedingsstof is het belangrijkste bij wondzorg?
timer
0:15
A
Koolhydraat
B
Vezels
C
Vet
D
Proteïne (eiwit)

Slide 11 - Quiz

Midstream urine is het zelfde als gewassen urine
timer
0:15
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

wat is een voorbeeld van Secundaire preventie?
timer
0:15
A
Vaccinatie
B
Revaluatie
C
Uitstrijkje
D
Hygiëne

Slide 13 - Quiz

Wat is de referentie waarde bij mannen van HB-meting via vingerprik?
timer
0:15
A
7,5 tot 10 mmol/l
B
6 tot 7 mmol/l
C
8,4 tot 11 mmol/l

Slide 14 - Quiz

Wat is de referentiewaarde voor een nuchtere glucose?
timer
0:15
A
onder 3,5 mmol/l
B
4,0 tot 6,1 mmol/l
C
3,5 tot 6,1 mmol/l
D
3,0 tot 6,3 mmol/l

Slide 15 - Quiz

Urine sediment is steriel opgevangen urine.
timer
0:15
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Op welke intensiteit en frequentie starten we de audiometrie?
timer
0:15
A
500 Hz en 20 dB
B
2000 Hz en 30 dB
C
1000 Hz en 30 dB
D
4000 Hz en 40 dB

Slide 17 - Quiz

Hoeveel urine kan de blaas ongeveer aan urine vasthouden?
timer
0:15
A
350 ml
B
500 ml
C
400 ml
D
450 ml

Slide 18 - Quiz

Wat is een venapunctie?
timer
0:30
A
Toedienen van medicatie rechtstreeks in de bloedbaan
B
Bloed afnemen door aanprikken vene
C
Bloed afnemen door aanprikken arterie
D
Bloed toedienen via een bloedvat

Slide 19 - Quiz

Hoelang mag je stuwen bij een venapunctie


timer
0:15
A
niet meer dan 5 minuten
B
1 minuut
C
2 minuten
D
niet meer dan 3 minuten

Slide 20 - Quiz

Een patiënt van 24 jaar vraagt vanaf welke leeftijd ze in aanmerking komt voor een uitstrijkje (BVO). Ze heeft geen klachten
timer
0:15
A
vanaf 25 tot 50 jaar
B
vanaf 35 jaar tot 65 jaar
C
vanaf 30 tot 60 jaar
D
mag ze zelf bepalen

Slide 21 - Quiz

Wat is een dipslide test?
timer
0:15
A
Een test om de pH-waarde van urine te meten
B
Een test om het cholesterolgehalte van urine te meten
C
Een test om bacteriën in urine te detecteren (achterhalen)
D
Een test om de glucoseconcentratie in urine te meten

Slide 22 - Quiz

RR bij bloeddruk meten staat voor:
timer
0:15
A
Riva Romana
B
Rica Rova
C
Riva Rocci
D
Ravi Ricco

Slide 23 - Quiz

Waar staan de letters IUD voor?
timer
0:15
A
Inter Uteri Devuce
B
Intra Uterine Device
C
Intern Uturus Device
D
Intra Uturus Device

Slide 24 - Quiz

Wat was rond 2000 de meest uitgevoerde taak van de assistente?
timer
0:15
A
Wratten aanstippen
B
Bloeddruk opmeten
C
Temperatuur opmeten
D
Oren uitspuiten

Slide 25 - Quiz

Wat is een cerumen lavage?
timer
0:15
A
Middenoorontsteking
B
Gehoorgangontsteking
C
Oren uitspuiten
D
Oogontsteking

Slide 26 - Quiz

Met welk instrument wordt de diepte van de baarmoeder gemeten?
timer
0:15
A
dillatator
B
speculum
C
uterussonde
D
portioaanhaaktang

Slide 27 - Quiz

Wat onderzoek de arts eerst voor dat je mag starten met zwachtelen?
timer
0:15
A
Of je kalknagels hebt?
B
Een enkel- arm index

Slide 28 - Quiz

De theedoek waarmee je instrumenten hebt afgedroogd was je op:
timer
0:15
A
95 graden
B
40 graden
C
60 graden
D
30 graden

Slide 29 - Quiz

Wat meet je wanneer je je bloeddruk meet?
timer
0:30
A
Je meet de druk op je organen waar het bloed naar toestroomt
B
Je meet de druk op de wand van de slagaders.
C
Je meet de druk van het hart waarmee het bloed wegstroomt

Slide 30 - Quiz

Welke instrumenten vallen onder kritische instrumenten?
timer
0:15
A
Onderzoeksbank, reflexhamer
B
Speculum, uterussonde
C
Keelspiegel, tekenpincet
D
Verbandschaar, oorspuit

Slide 31 - Quiz

Uit een vingerprik haal je ........ bloed
timer
0:15
A
capillair
B
arterieel
C
haarvaat
D
veneus

Slide 32 - Quiz

Instrumenten die in contact komen met een steriele lichaamsholte of steriel weefsel behoort tot welk instrumentarium?
timer
0:15
A
Niet-kritisch instrumentarium
B
Semi-kritisch instrumentarium
C
Kritisch instrumentarium

Slide 33 - Quiz

Waarom mag je niet stuwen bij een vingerprik?
timer
0:15
A
Kapot maken hemoglobine
B
Hemoglobine vermengt zich met witte bloedcellen
C
Komt wondvocht bij opening
D
Wond heelt minder goed

Slide 34 - Quiz

Welk afkorting wordt er gebruikt bij een patiënt waarbij er een visustest is afgenomen met een bril/contactlens?
timer
0:15
A
SC
B
+SO
C
CC

Slide 35 - Quiz

Met welk onderzoek komen gehoorproblemen aan het licht?
timer
0:15
A
ECG
B
Audiogram
C
Enkel arm index

Slide 36 - Quiz

een normale enkel arm index is
timer
0:15
A
EAI <0.8
B
EAI: 0.9 tot 1.0
C
EAI>1.0 (3x) of >1.1 (1x)

Slide 37 - Quiz

Bij welke ulcus cruris mag je niet ACT zwachtelen
timer
0:15
A
veneuze ulcus cruris
B
arteriële ulcus cruris
C
bij beide mag je act zwachtelen
D
bij beide mag je niet act zwachtelen

Slide 38 - Quiz

Een ulcus cruris bevindt zich waar op het lichaam?
timer
0:15
A
Onderarm
B
Buik
C
Onderbeen
D
bovenbeen

Slide 39 - Quiz

Hoe heet de rood gekleurde zijde van de dipslide?
timer
0:15
A
CLED
B
MacConkey

Slide 40 - Quiz

Wat is de referentiewaarde van het totaal cholesterol?
timer
0:15
A
4,0 mmol/l
B
5,5 mmol/l
C
5,0 mmol/l
D
10,0 mmol/l

Slide 41 - Quiz

De laatste vraag.......

Slide 42 - Slide

Iemand krijgt een tetanus injectie
Wat is tetanus?
timer
0:15
A
Een virus die je kan oplopen door een verkoudheid.
B
Een bacterie die je kan oplopen door straatvuil.
C
Een bacterie die je kan oplopen door bloedcontact.
D
Een virus die je kan oplopen door een bacterie in een wond.

Slide 43 - Quiz

B
E
D
A
N
K
T
B
E
D
A
N
K
T

Slide 44 - Slide