Arm en Rijk Nederland | SO hoofdstuk 3


Een arme en een rijke wijk hebben verschillende kenmerken.

→ Welke van de onderstaande kenmerken hoort altijd bij een rijke wijk?

A
Alleen koopwoningen
B
Een hoge WOZ-waarde
C
Veel groenvoorzieningen
D
Veel laagbouw
1 / 12
next
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


Een arme en een rijke wijk hebben verschillende kenmerken.

→ Welke van de onderstaande kenmerken hoort altijd bij een rijke wijk?

A
Alleen koopwoningen
B
Een hoge WOZ-waarde
C
Veel groenvoorzieningen
D
Veel laagbouw

Slide 1 - Quiz

Bekijk onderstaande kenmerken.
→ Welke kenmerken horen bij welvaart of welzijn. Sleep de kenmerken naar de juiste plek.
Welvaart
Welzijn
Hoeveelheid groenvoorzieningen
Hoeveelheid koopwoningen

Huizenprijzen
Aantal inbraken per maand

Slide 2 - Drag question

Bekijk de afbeelding.

Op de foto zie je huur of koopwoningen?

A
huurkoopwoningen
B
koopwoningen

Slide 3 - Quiz

Lees de onderstaande tekst.
→ Welke begrip moet op de puntjes?.

David werkte al twintig jaar in een fabriek waar stofzuigers worden gemaakt. Vorig jaar is hij werkloos geworden, omdat zijn werk is overgenomen door een robot. Dit soort werkloosheid noem je ...
werkloosheid.
A
Tijdelijke
B
Structurele
C
Lange
D
automatisering

Slide 4 - Quiz


→ Wat is geen veelvoorkomende oorzaak van werkloosheid in Nederland?
A
Discriminatie
B
Een baan die is verdwenen door de komst van machines en robots
C
Een laag opleidingsniveau
D
Wonen in een achterstandswijk

Slide 5 - Quiz

In veel wijken met veel goedkope huurwoningen is de leefbaarheid in de loop van de tijd verslechterd.

→ Welk antwoord past goed bij de problemen in die wijken?
A
weinig sociale cohesie en veel sociale onveiligheid
B
veel sociale cohesie en weinig sociale onveiligheid
C
weinig sociale cohesie en weinig sociale onveiligheid
D
veel sociale cohesie en veel sociale onveiligheid

Slide 6 - Quiz

Situatie: in een wijk gaat het heel slecht met de leefbaarheid. Bewoners voelen zich onveilig op straat. De ramen van de bushokjes zijn regelmatig kapot. Vaak moet de politie ingrijpen bij vechtpartijen tussen groepjes jongeren. De gemeente besluit in te grijpen, met een hele serie aan maatregelen.
→ Koppel de juiste maatregel aan het juiste begrip.
Armoedebeleid voeren. 
Bestemmingsplan aanpassen. 
Renovatie uitvoeren. 
Stedelijke vernieuwing toepassen. 
Er wordt een voetbaltoernooi voor jongeren georganiseerd.
Gezinnen met schulden krijgen hulp in het gemeentehuis.
Alle huurwoningen in de wijk worden opnieuw geschilderd en krijgen dubbel glas.
Op de plek van het grote, bijna leegstaande winkelcentrum komt een rijtje wat duurdere koophuizen en een park.

Slide 7 - Drag question

De ... 1 ... van nu is anders dan die van vroeger of in de toekomst. De komende jaren zullen we aan ... 1 ... moeten inleveren; grondstoffen, energie en voedsel worden duurder en de consument houdt door onzekerheid over de huizenmarkt en zijn pensioen de vingers op de knip.
Betekent minder welvaart ook minder welzijn?
... 2 ... kenmerkt zich door tevredenheid, vriendschappelijkheid of geluksgevoel, en niet door besteedbaar inkomen of financieel vermogen.
A
1 = welzijn 2 = welvaart
B
1 = welvaart 2 = welzijn

Slide 8 - Quiz

Wat maakt dat buurtbewoners prettig wonen in een buurt? Dit kun je de bewoners vragen. Welk aspect geeft het minst een beeld over het welzijn in de wijk?
A
Gemiddelde leeftijd van de bewoners.
B
Aanwezigheid van een winkelcentrum.
C
Aanwezigheid van een voedselbank.
D
Wonen er veel alleenstaande mensen in de wijk.

Slide 9 - Quiz

Zijn onderstaande stellingen over koop- en huurwoningen waar of niet waar?

I In 'achterstandswijken' koopwoningen creëren kan zorgen voor een gemengde wijkbevolking en stijging van de welvaart.
II Over het algemeen is een huurhuis aantrekkelijker dan een koophuis voor mensen die regelmatig verhuizen.
A
Beide zijn waar.
B
I is waar, II is niet waar.
C
I is niet waar, II is waar.
D
Beide zijn niet waar.

Slide 10 - Quiz

Je hebt een heel aantal kenmerken waaraan je kunt zien of een wijk rijk is.
Welke van onderstaande kenmerken hoort hier niet bij?
A
Goed onderhouden woningen
B
Duurdere auto’s
C
Veel huurwoningen
D
Weinig werkloosheid

Slide 11 - Quiz

Wat is het verschil tussen een huurhuis en een koophuis?

I Huurhuizen zijn altijd kleiner dan koophuizen.
II Bij huurhuizen is de bewoner niet de eigenaar van het huis.
A
Beide zijn waar.
B
I is waar, II is niet waar.
C
I is niet waar, II is waar.
D
Beide zijn niet waar.

Slide 12 - Quiz