LJ 1 - SO 2.3 & 2.4

Mens & Maatschappij
SO 2.3 & 2.4
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Mens & Maatschappij
SO 2.3 & 2.4

Slide 1 - Slide

Paragraaf 2.3
De volgende vragen horen bij paragraaf 2.3

Slide 2 - Slide

Open vragen

Slide 3 - Slide

Vul de juiste omschrijving in bij het begrip: aardkorst.

Slide 4 - Open question

Vul de juiste omschrijving in bij het begrip: aardmantel

Slide 5 - Open question

Het is erg zeldzaam dat op het midden van een aardkorstplaat aardbevingen voorkomen. Geef hier een verklaring voor.

Slide 6 - Open question

Bekijk bron 1.
Kies uit veel of weinig en vul de zin aan.
Als aardplaten uit elkaar bewegen dan ontstaat er veel of weinig aardbeving, omdat....

Slide 7 - Open question

Noteer het begrip bij de omschrijving: plaats aan het aardoppervlak boven een aardbeving.

Slide 8 - Open question

Noteer het begrip. Hoe wordt de kracht van een aardbeving aangegeven?

Slide 9 - Open question

Meerkeuze vragen

Slide 10 - Slide

Kies het juiste antwoord.
A
De buitenste laag van de aarde is de dunste laag
B
Het gesmolten gesteente stroomt een paar centimeter per jaar
C
In de buitenste laag van de aarde stroomt gesmolten gesteente
D
In het midden van de aarde is het 500 graden celsius

Slide 11 - Quiz

Bekijk bron 1 en lees de zinnen. Wat is juist.
A
De Afrikaanse plaat en de Arabische plaat duiken onder elkaar
B
De Euraziatische plaat en de Noord-Amerikaanse plaat botsen op elkaar
C
De Filipijnse plaat en de Pacifische plaat bewegen uit elkaar
D
De Pacifische plaat en de Noord-Amerikaanse plaat bewegen langs elkaar

Slide 12 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
A
Aardbevingen komen alleen voor waar platen botsen
B
Bij botsende aardkorstplaten ontstaan alleen aardbevingen
C
De beving wordt het sterkst gevoeld op de plaats aan het aardoppervlak recht daarboven
D
Hoe verder je van het epicentrum afkomt, hoe zwakker de aardbeving wordt

Slide 13 - Quiz

Op 13 april 1992 werd Roermond getroffen door een aardbeving. Er waren gelukkig geen slachtoffers. Wel raakten veel huizen zwaar beschadigd. Hoe groot was de kracht van de aardbeving?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 14 - Quiz

Bekijk bron 2.
Tijdens een aardbeving kan er veel schade ontstaan. Welk advies kun je geven aan inwoners van Nepal om voor minder schade te zorgen?
A
Gebouwen dicht tegen elkaar aan bouwen
B
Hoge gebouwen maken
C
Houten huizen bouwen
D
Sterke, buigzame materialen gebruiken

Slide 15 - Quiz

Paragraaf 2.4
De volgende vragen horen bij paragraaf 2.4

Slide 16 - Slide

Open vragen

Slide 17 - Slide

Het gebied rondom de Grote Oceaan wordt ook wel de 'ring van vuur' genoemd. Verklaar de naam van dit gebied.

Slide 18 - Open question

Bekijk bron 1. Vulkanen kunnen op verschillende manieren uitbarsten. Wat voor soort uitbarsting zie je bij A in figuur 1. Kies rustige of explosieve en vul de zin aan.
Bij A zie je een rustige of explosieve vulkaanuitbarsting omdat....

Slide 19 - Open question

Noteer de omschrijving van het begrip kraterpijp.

Slide 20 - Open question

Vul het juiste begrip in.
_______ vulkanen barsten regelmatig uit.

Slide 21 - Open question

Vul het juiste begrip in.
Naast vloeibaar gesteente komen er ook ________ gassen, as en stenen uit de vulkaan.

Slide 22 - Open question

El Teide op Tenerife is een vulkaar die in 1909 voor het laatst is uitgebarsten. Dit is een _______ vulkaan.

Slide 23 - Open question

De Zuidwalvulkaan in de Waddenzee is bedekt met meer dan 2000m zand. Dit is een ______ vulkaan.

Slide 24 - Open question

Vulkaanuitbarstingen zorgen na een tijd voor _______ grond.

Slide 25 - Open question

Sleepvraag

Slide 26 - Slide

1 Aswolk
2 Lava
3 krater

Slide 27 - Drag question

Meerkeuze vragen

Slide 28 - Slide

Een aardbeving is _________ te voorspellen dan een vulkaanuitbarsting.
A
Makkelijker
B
Moeilijker

Slide 29 - Quiz

In Indonesië komen zeer actieve vulkanen voor. Ondanks het gevaar wonen Indonesische boeren graag dicht bij deze vulkanen. Waarom is dat?
A
De planten op de akker groeien erg goed
B
De kans dat de boerderijen beschadigen is erg klein
C
Door de warmte in de grond hebben huizen gratis warm water
D
Vanwege het mooie uitzicht op de vulkaan

Slide 30 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
A
Aardkorstplaten drijven op het gesmolten gesteente in de aardkorst
B
Een vulkaan bestaat uit hard geworden lava
C
OP ht midden van aardkorstplanten komen veel vulkaanuitbarstingen voor
D
Uit een vulkaan komt magma

Slide 31 - Quiz

Einde toets
Controleer goed of je alle vragen hebt beantwoord.

Slide 32 - Slide