This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Tijd van ontdekkers en hervormers
Tijd van wereldoorlogen
tijd van burgers en stoommachines
tijd van regenten en vorsten
Tijd van pruiken en revoluties
verzet tegen imperialisme
De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
begin van overzeese Europese expansie
wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie
Slide 2 - Drag question
Welke twee Europese landen waren als eerste actief in de overzeese expansie?
A
Nederland en Engeland
B
Spanje en Nederland
C
Frankrijk en Portugal
D
Portugal en Spanje
Slide 3 - Quiz
Wat is GEEN motief voor de Europese expansie?
A
Winst maken door te handelen
B
Volkeren bekeren tot het christendom
C
Vorsten wilden macht uitbreiden
D
Verspreiden wetenschap en techniek
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Met welk doel werd de VOC opgericht?
Slide 7 - Open question
Wat was het doel van de WIC?
Slide 8 - Open question
Slide 9 - Slide
De handel in slaven, die vanuit Afrika naar Amerika werden vervoerd, houdt verband met het gebrek aan immuniteit van de ‘Indianen’ voor ziektes als de griep en de pokken.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
Kolonialisme is hetzelfde als imperialisme
A
juist
B
onjuist
Slide 11 - Quiz
Wat is modern imperialisme?
A
Veel grond in Europa veroveren
B
Veel kolonies stichten in Zuid Amerika
C
Veel grond veroveren en besturen in Afrika en Azië
D
Veel handelen met kolonies
Slide 12 - Quiz
Hoort dit product bij
A
Kolonialisme
want verbouwd door slaven
B
Modern Imperialisme want een grondstof voor de industrie
C
Nationalisme want komt uit Amerika
D
Liberalisme want het zorgde voor vrije handel
Slide 13 - Quiz
1: Het modern imperialisme kwam door de industrialisatie in Europa 2: Modern imperialisme en westerse beschaving opleggen gingen samen
A
alleen uitspraak 1 klopt
B
alleen uitspraak 2 klopt
C
geen van de uitspraken kloppen
D
beide uitspraken kloppen
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Wat bepleitte Mahatma Gandhi als verzet tegen het imperialisme?
A
democratische verkiezingen
B
zelfbeschikkingsrecht
C
vreedzame burgerlijke ongehoorzaamheid
D
een gewelddadige opstand
Slide 18 - Quiz
is de volgende zin juist of onjuist? SU en VS waren tegenstander van het imperialisme van de Europeanen
A
juist
B
onjuist
Slide 19 - Quiz
is de onderstaande zin juist of onjuist? Indonesië hoefde niet lang en hard te vechten voor onafhankelijkheid
A
juist
B
onjuist
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Video
Slide 24 - Slide
Welke verandering moet er volgens de tekenaar komen in de houding van Nederland t.o.v. Nederlands-Indië?
Slide 25 - Open question
Slide 26 - Slide
wat is de visie van de tekenaar over de Japanse bezetting? en de rol van Nederland?