H4/V4 Communicatie 2 Onderwerp en hoofdgedachte


Welkom!
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson


Welkom!

Slide 1 - Slide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Communicatie 2: onderwerp en hoofdgedachte
  3. Huiswerkopdrachten maken
  4. Afsluiting
  5. Vooruitblik

Slide 2 - Slide

10 minuten lezen

Slide 3 - Slide

Communicatie 2

Je oefent met het herkennen van het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst.


Slide 4 - Slide


Onderwerp: waar de tekst over gaat in 1 of 2 woorden

Deelonderwerpen: de verschillende aspecten (kanten, delen) van het onderwerp.

Onderwerp: film



Deelonderwerpen:
actiefilms, griezelfilms, bioscopen, regie

Slide 5 - Slide

Onderwerp en hoofdgedachte
Een tekst heeft natuurlijk altijd een ONDERWERP.
Daarnaast heeft elke tekst een HOOFDGEDACHTE.

De hoofdgedachte van een tekst 
vertelt in één zin de belangrijkste
boodschap van de tekst.

Slide 6 - Slide

Wat is het onderwerp van een tekst? Het onderwerp van een tekst...
A
... vertelt in één woord of woordgroep waar de tekst over gaat.
B
... vertelt wat het belangrijkste van de tekst is.
C
... vertelt wat iemand ergens van vindt.
D
... vertelt wat waar of niet waar is.

Slide 7 - Quiz

Wat is het onderwerp van de tekst?
Wat is het onderwerp van de tekst?
A
gevonden pootafdrukken
B
eiland Skye
C
wetenschappers in Schotland

Slide 8 - Quiz

Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 9 - Open question

Wat is het onderwerp?

Slide 10 - Open question

Hoofdgedachte
  • Het belangrijkste wat er over het onderwerp wordt gezegd.
  • Eén hele zin, maar geen vraagzin!
  • Je vindt de hoofdgedachte meestal in de inleiding of in het slot.
  • Met andere woorden: de hoofdgedachte is het onderwerp + dat wat daarover verteld wordt.

Slide 11 - Slide

Wat is een hoofdgedachte van een tekst?
A
gedachte uit je hoofd
B
het belangrijkste wat er over het onderwerp gezegd wordt in de tekst
C
samenvatting van een tekst
D
één zin in de tekst

Slide 12 - Quiz


Wat is de hoofdgedachte?
Wat is de hoofdgedachte?
A
Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
D
De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.

Slide 13 - Quiz


Wat is de hoofdgedachte?
A
Door alle inspanningen van de gemeente wordt Zwolle gezien als een fietsstad.
B
Door het aanleggen van fietsstraten denkt de gemeente Zwolle dat de binnenstad verkeersveiliger wordt.
C
Een fietsstraat is een straat die ingericht is als een soort fietspad waar ook auto’s op mogen rijden.
D
Door de fietsstraten zijn de belangrijke fietsroutes voor fietsers en automobilisten beter herkenbaar.

Slide 14 - Quiz

Wat is de hoofdgedachte?

Slide 15 - Open question

Wat is de hoofdgedachte?

Slide 16 - Open question

Wat is de hoofdgedachte?

Slide 17 - Open question

Wat is de hoofdgedachte?

Slide 18 - Open question

Sleep naar de juiste plek
deelonderwerpen
onderwerp
hoofdgedachte

Slide 19 - Drag question

Disney neemt afscheid van de klassieke eigenschappen van de sprookjesprinses.

Rapunzel
afscheid disneyprinsessen
onderwerp
deelonderwerp
hoofdgedachte

Slide 20 - Drag question

Hoofdgedachte
Onderwerp
één zin
één of twee woorden
het belangrijkste wat de schrijver over het onderwerp wil vertellen
waar de tekst over gaat

Slide 21 - Drag question

Niet waar
Waar
De hoofdgedachte 
geeft antwoord op de hoofdvraag.
Hoofdgedachte en 
onderwerp hebben altijd met elkaar te maken.
De hoofdgedachte staat altijd in de inleiding.
Een hoofdgedachte bestaat soms uit twee zinnen. 

Slide 22 - Drag question

Huiswerkopdrachten maken
Maak opdracht ... op pagina ... van je oefenboek.
Je krijgt de rest van de les de tijd. 
Deze opdrachten zijn huiswerk voor volgende les. 

Slide 23 - Slide

Wat is het verschil tussen een hoofdgedachte en een onderwerp?

Slide 24 - Open question

Vooruitblik
Volgende les: woensdag 9 oktober
  • Huiswerk: maken opdr. 10 t/m 15 (p. 36-37) & opdr. 11 t/m 17 (p. 40-41) + leren deze LessonUp en p. 56-59 (hoofdboek)
  • Meenemen: LAPTOP, schrift, pen en OEFENboek
  • Programma: communicatie 4, 5 en 6

Slide 25 - Slide