Les 8: Expliquer (grammaire H)

Bonjour
havo-3!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- Laptops dicht op tafel!
1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Bonjour
havo-3!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- Laptops dicht op tafel!

Slide 1 - Slide

Planning du jour
- Overhoren: voca E & F, phrases clés G!

- Expliquer: grammaire H

- Travailler aux exercices

- Les devoirs

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van de paragraaf:
.
  • kan ik het werkwoord venir gebruiken.
  • kan ik op een reactie schrijven.

Slide 3 - Slide

Questions sur les devoirs?
Les devoirs étaient:

Faire
overschrijven phrases clés G

Apprendre
voca E & F
phrases clés G

Slide 4 - Slide

Overhoren: voca E & F,
phrases clés G!
Op het bord loopt een timer voor 3 minuten, zolang kunnen jullie het nog overkijken.

Daarna kies ik willekeurig 2 leerlingen uit die overhoord worden.
Iedereen komt per hoofdstuk minstens 1x aan bod :)!
timer
3:00

Slide 5 - Slide

Expliquer:
grammaire H
In klas 1, 2 & 3 hebben jullie al regelmatig enkele onregelmatige werkwoorden gezien en geleerd. 
Dit hoofdstuk komt daar het werkwoord venir bij (komen).

Het werkwoord is onregelmatig, dus het is een kwestie van stampen.

Je leert dit werkwoord in de présent en de passé composé.

Slide 6 - Slide

Het werkwoord venir:
de présent
je viens                            --> ik kom
tu viens                           --> jij komt
il vient                            --> hij komt
elle vient                        --> zij komt
on vient                         --> men komt

nous venons                   --> wij komen
vous venez                    --> u komt, jullie komen
ils viennent                   --> zij komen (mannelijk meervoud)
elles viennent               --> zij komen (vrouwelijk meervoud)

Slide 7 - Slide

Het werkwoord venir:
de passé composé
je suis venu(e)
tu es venu(e)
il est venu
elle est venue
on est venu(e)(s)

nous sommes venu(e)s
vous êtes venu(e)(s)
ils sont venus
elles sont venues

Slide 8 - Slide

Zijn er nog vragen?
Is het iedereen gelukt om de aantekening over te nemen?

Wie heeft er nog een vraag over het werkwoord venir?

Nu is het moment om de vragen te stellen, anders gaan we door met het huiswerk :).

Slide 9 - Slide

Travailler aux exercices:
29 t/m 31
De regels

- Je werkt de eerste 10 minuten in stilte!
- Muziek luisteren mag met oordopjes!

- Vragen? Steek je hand op!

We ruimen onze spullen pas op, op het moment dat de docent dit zegt.
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Les devoirs
La prochaine leçon:
- Werkles chapitre 5.

Faire:
- exercice 29 t/m 31

Apprendre:
- voca A, B, E & F
- phrases clés C & G
- grammaire D & H (delend lidwoord en het werkwoord venir)

Slide 11 - Slide

Afsluiting
Ik wil graag even checken of de doelen van vandaag zijn behaald, of dat je hulp nodig hebt bij het behalen van de leerdoelen.



Pak je laptop en vul de code in (als je dat nog niet hebt gedaan), om de volgende vragen kort te beantwoorden.

Slide 12 - Slide


Leerdoel 1: ik kan het werkwoord venir gebruiken.
A
Onvoldoende
B
Goed
C
Ik heb hier hulp bij nodig

Slide 13 - Quiz


Leerdoel 2: ik kan op een reactie schrijven.
A
Onvoldoende
B
Goed
C
Ik heb hier hulp bij nodig

Slide 14 - Quiz

Tot de volgende les!

Slide 15 - Slide