What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Werkwoordspelling - Engelse werkwoorden
Werkwoordspelling
Engelse werkwoorden
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Werkwoordspelling
Engelse werkwoorden
Slide 1 - Slide
Herhaling
Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Voltooid deelwoord
Slide 2 - Slide
Tegenwoordige tijd
Spel de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd
Slide 3 - Slide
(Worden) Je _______ toch niet nerveus?
Slide 4 - Open question
(Wandelen) _________ jij graag in je vrije tijd?
Slide 5 - Open question
Verleden tijd
Spel de persoonsvorm in de verleden tijd
Slide 6 - Slide
(Beloven) Hij _______ niks stoms te doen.
Slide 7 - Open question
(Rennen) Jullie _______ vorig jaar richting Epen.
Slide 8 - Open question
Voltooid deelwoord
Spel het voltooid deelwoord
Slide 9 - Slide
(Wandelen) Hebben jullie vroeger ________?
Slide 10 - Open question
(Beloven) Hij heeft het ______.
Slide 11 - Open question
(Beloven) Hij _______ dat we gaan vissen
Slide 12 - Open question
Engelse werkwoorden
Werkwoorden als
racen, gamen, daten
behouden hun -e in de ik-vorm.
Slide 13 - Slide
Engelse werkwoorden
Werkwoorden met een dubbele medeklinker 'vernederlandsen' we vaak.
--> geen dubbele klinker meer
hele werkwoord
tt
ik-vorm (+t)
vt
ik-vorm (+t)
volt. dlw.
crossen
ik cros(t)
cros(te)
gecrost
shoppen
ik shop(t)
shop(te)
geshopt
Slide 14 - Slide
Engelse werkwoorden
Algemene regels
Slide 15 - Slide
Noem alle Engelse werkwoorden die je kent
Slide 16 - Mind map
Zelfde regels als Nederlandse zwakke werkwoorden
Infinitief
stam
ik-vorm
v.t.
v.d.
Scoren
scor
scoor
scoorde(n)
gescoord
Mixen
mix
mix
mixte(n)
gemixt
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Oefenzinnen
Let op: tegenwoordige tijd, verleden tijd en voltooid deelwoord door elkaar.
Slide 19 - Slide
(Crashen) Gisteren _______ zij haar auto.
Slide 20 - Open question
(Racen) Max _____ dit seizoen niet altijd achter Hamilton
Slide 21 - Open question
(Switchen) Je bent niet zo snel van studie _______.
Slide 22 - Open question
(Switchen) Zij ______ elk jaar van provider.
Slide 23 - Open question
(Checken) Ik ______ elk uur mijn telefoon.
Slide 24 - Open question
Engelse werkwoorden spel je over het algemeen hetzelfde als Nederlandse werkwoorden.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quiz
Ik heb nog een vraag over...
Slide 26 - Mind map
More lessons like this
Cursus 7 §10 Engelse werkwoorden
July 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
VWO 2 - SPELLING - ENG WW
December 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
3F week 8
January 2021
- Lesson with
24 slides
ned
MBO
Studiejaar 4
SCC M4 L4 werkwoordspelling
April 2023
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Werkwoordspelling: voltooid deelwoord en Engelse werkwoorden
November 2021
- Lesson with
35 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
1 HV Spelling (werkwoorden)
February 2022
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Werkwoordspelling: voltooid deelwoord en Engelse werkwoorden
September 2021
- Lesson with
35 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalverzorging H2 | 2.3 Voltooid deelwoord en 2.4 Tegenwoordig deelwoord
October 2022
- Lesson with
31 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1