Na het uiteenvallen van het Romeinse Rijk
1) Handel valt stil - Romeinen beschermen wegen niet meer, geldeconomie verdwijnt.
2) Van agrarisch-stedelijke samenleving terug naar een landbouwsamenleving
3) Steden zijn verlaten - gemakkelijke doelwitten voor rovende bendes.
4) Enige bescherming: bij lokale heren