Bi H4 Th4 Bs6 Populatie genetica

Populatie genetica
1 / 33
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Populatie genetica

Slide 1 - Slide

Programma
Stukje herhaling a.d.h.v. LessonUp vragen

Uitleg Basisstof 6

Slide 2 - Slide

Met welke diersoort is de Blauwe vinvis het meest verwant?
A
Kangeroe
B
Neushoorn
C
Nijlpaard
D
Zebra

Slide 3 - Quiz

De flippers bij zeehonden, haaien en pinguïns zijn ... organen.

Slide 4 - Open question

Welke van deze organen is niet rudimentair?
A
Staartwervel mens
B
Pootresten slang
C
Vleugels pinguïn
D
Blinde darm mens

Slide 5 - Quiz

In de afbeelding zie je de evolutionaire stamboom van zowel een aantal uitgestorven als nu nog levende katachtigen. Zet de soorten in de juiste volgorde van ontstaan. Zet de soort die het langst geleden is ontstaan links.
Panthera leo
Proailurus lemanensis
Smilodon popular

Slide 6 - Drag question

Noem een soort die is uitgestorven

Slide 7 - Open question

Met welk dier is Parasaurolophus het meest verwant?
A
Stegosaurus
B
Pachycephalosaurus

Slide 8 - Quiz

Basisstof 6: evolutie in populaties

Slide 9 - Slide

Na deze les kun je...
  1. De definities van een soort en populatie noemen
  2. Uitleggen wat wordt bedoeld met genenpool en allelfrequenties
  3. Drie manieren beschrijven waarop allelfrequenties kunnen veranderen

Slide 10 - Slide

Organismen behoren tot dezelfde soort als ze kunnen paren.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Organismen behoren tot dezelfde soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.

Slide 12 - Slide

Soort
Organismen behoren tot één soort als ze onderling vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.
Aantekening

Slide 13 - Slide

Een populatie is ....

Slide 14 - Open question

Populatie
een groep organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied.
Leeuwen
Aantekening

Slide 15 - Slide

Aantekening
Genenpool:
De verzameling van alle allelen in een populatie.

Allelfrequentie:
Hoe vaak een allel voorkomt in een populatie



Slide 16 - Slide

Nieuwe allelen
Let op!
Een nieuw allel ontstaat door TOEVALLIGE mutatie. 
Een verandering die voordeel geeft is dus een TOEVALLIGE verandering. 

Slide 17 - Slide

Genenpool:
De verzameling van alle allelen in een populatie.

Allelfrequentie:
Hoe vaak een allel voorkomt in een populatie



Weet je nog? Thema 3 erfelijkheid:
Gen = stukje DNA voor één eigenschap         (bijv. oogkleur)
Allel = variant van een gen                                    (bijv. blauwe ogen)

Slide 18 - Slide

Wat gebeurt er met de allelfrequentie als een allel een groot nadeel oplevert?

Slide 19 - Slide

Wat gebeurt er met de allelfrequentie als een allel geen voor- en geen nadeel oplevert?
Bloedgroep
Percentage
O
47
A
42
B
8
AB
3

Slide 20 - Slide

Sikkelcelanemie

Homozygoot: dodelijk
Heterozygoot: bloedarmoede

Slide 21 - Slide

Verspreiding
Sikkelcelanemie in Afrika

Slide 22 - Slide

Verspreiding
Sikkelcelanemie in Afrika
Malaria in Afrika

Slide 23 - Slide

Genetic drift
In kleine populaties kan soms door toeval een grote verschuiving optreden in de allelfrequenties. Zo'n gebeurtenis wordt vergeleken met een flessenhals (bottleneck)
                           Rood : Blauw
50:50                                                  5:6   

Slide 24 - Slide

Genetic drift
Als in een kleine populatie door toeval (!) een grote verschuiving van allelen plaatsvindt.


Aantekening

Slide 25 - Slide

Cheeta's
In het verleden 2x een flessenhalseffect

Nu heel weinig variatie om soort in stand te houden

Slide 26 - Slide

Seksuele selectie
Selectie op basis van paringssucces

Slide 27 - Slide

Paren is alleen soms voor de sterkste mannen
Verschil in investering

Vaak is uiterlijk een indicator voor andere eigenschappen

Slide 28 - Slide

Kieskeurige vrouwen
Verschil in investering 

Vaak is uiterlijk een indicator voor andere eigenschappen

Slide 29 - Slide

Samenvatting
Je kent nu de definities: soort, populatie, genenpool en allelfrequentie.

Drie manieren waarop een allelfrequentie kan veranderen zijn:
  1. Natuurlijke selectie (Bs4)
  2. Seksuele selectie (Bs6)
  3. Genetic drift (Bs6)

Slide 30 - Slide

Leg uit dat op eilanden sneller afwijkende vormen, of nieuwe soorten voorkomen dan op het vaste land.

Slide 31 - Open question

Waarvan is de foto hiernaast een voorbeeld?
A
Populatie
B
Seksuele selectie
C
Genetic drift
D
Een walrus

Slide 32 - Quiz

Aan de slag
Lezen B6
Maken opdracht 58 t/m 69

Slide 33 - Slide