Geslacht van het zelfstandig naamwoord

Der, die, das
Geslacht van het zelfstandig naamwoord
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1,2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Der, die, das
Geslacht van het zelfstandig naamwoord

Slide 1 - Slide

Doel: 
Je kunt het geslacht van zelfstandige naamwoorden bepalen 

Slide 2 - Slide

Duitse lidwoorden:
wat weet je al?

Slide 3 - Mind map

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Slide 4 - Mind map


Ieder woord heeft een geslacht: mannelijk, vrouwelijk of onzijdig.

In het Nederlands kennen we het lidwoord de en het
De vrouw
Het boek

Wat zijn onzijdige woorden?

Slide 5 - Slide

In het Duits is het anders.
Daarom vinden wij Nederlanders dit ook zo vervelend om te leren.

Voor de mannelijke woorden gebruiken de Duitsers het lidwoord der.
Voor de vrouwelijke woorden gebruiken de Duitsers het lidwoord die.
Voor de onzijdige woorden gebruiken de Duitsers het lidwoord das.

Slide 6 - Slide

In het filmpje worden alleen de bepaalde lidwoorden behandeld.
In de volgende slide vind je het filmpje.
Bekijk het en maak aantekeningen.


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Samenvatting:
Wat kun je zeggen over de Duitse lidwoorden:
- Welke zijn er?
- Welke soort woorden krijgen een mannelijk lidwoord?
- Welke soort woorden krijgen een vrouwlijk lidwoord?
- Welke soort woorden krijgen een onzijdig lidwoord?


Slide 9 - Slide

Je bevindingen n.a.v.
het filmpje:

Slide 10 - Mind map

Und jetzt?
Üben!!

Slide 11 - Slide

Frau
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 12 - Quiz

Onkel
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 13 - Quiz

Schlange
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 14 - Quiz

Flasche
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 15 - Quiz

Mann
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 16 - Quiz

... Menschen
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 17 - Quiz

Schulen
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 18 - Quiz

AN DIE ARBEIT
- Aufgabe 20 und 21 machen auf Seite 78-79

- Fertig? Aufgaben 22, 23 und 24 auf Seiten 80-81

Slide 19 - Slide

Doel: 
Je kunt het geslacht van zelfstandige naamwoorden bepalen 

Geschafft?

Slide 20 - Slide

Was hast du gelernt?

Slide 21 - Mind map

Hausaufgaben:


Hausaufgaben 
Aufgaben 22, 23 und 24 auf Seiten 80-81

Slide 22 - Slide