BSR 2tc Cursus Taal §2 stijl

CURSUS 4: Taal   
paragraaf 1
Cursus 4: TAAL


  • Open alvast je boek op blz. 88-89.
  • Log alvast in op LessonUp
    (de code staat  linksonder in beeld).
§2 Stijl
timer
1:30
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

CURSUS 4: Taal   
paragraaf 1
Cursus 4: TAAL


  • Open alvast je boek op blz. 88-89.
  • Log alvast in op LessonUp
    (de code staat  linksonder in beeld).
§2 Stijl
timer
1:30

Slide 1 - Slide

  • Je weet wat lastig kan zijn aan het leren van Nederlands als tweede taal.
  • Je weet wat stijlfiguren zijn.
  • Je kunt de stijlfiguren overdrijving en opsomming (in drieën) herkennen.
Lesdoelen

Slide 2 - Slide

In deze les gaan we:
  • Terugblikken op de vorige les;
  • verder met Cursus 4: Taal, paragraaf 2 en 3;
  • in gesprek over de begrippen stijl, stijlfiguren, jongerentaal en neologismen.

Slide 3 - Slide

  • Geen telefoons.
  • Gebruik je iPad alleen als dat nodig is.
  • Als de docent aan het woord is, is de rest van de klas stil.
  • Als een klasgenoot aan het woord is,
    is de rest van de klas stil.
  • Kortom, we luisteren naar elkaar en weten wanneer we mogen praten.
De regels tijdens de lessen Nederlands

Slide 4 - Slide

Wie kan kort vertellen waar we het
de vorige les over hebben gehad?

Slide 5 - Slide

Je moedertaal leer je op een natuurlijke manier.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Het is onmogelijk om Fries en Nederlands als moedertaal te hebben.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Voor NT2'ers is het vrij gemakkelijk om het Nederlands te leren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Noem één reden waarom het voor een NT2'er lastig kan zijn om de Nederlandse taal te leren.

Slide 9 - Open question

  • De taal waarin je hebt leren spreken vanaf je geboorte.
  • Deze taal heb je zeer waarschijnlijk op een natuurlijke manier geleerd.
  • Kun je zowel Nederlands als Fries als moedertaal hebben? Waarom wel of niet?
Moedertaal

Slide 10 - Slide

  • Niet iedereen leert het Nederlands vanaf de geboorte.
  • Dit is niet makkelijk, omdat de Nederlandse taal veel
    uitzonderingen en onduidelijkheden heeft.
  • Denk bijvoorbeeld aan het woordje 'er', de en het woorden en het feit dat we sterke en zwakke werkwoorden hebben.
Tweedetaalverwerving (NT2)

Slide 11 - Slide

tekst Lezen! (blz. 88)

Slide 12 - Slide

  • Middelen om wat je wilt zeggen treffender of sterker uit te drukken.
     
  • Overdrijving = het overdrijven in een tekst om iets meer nadruk te geven
    ik verga van de honger, eeuwen wachten.
  • Opsomming (in drieën) = het opsommen van drie dingen in een tekst om iets meer nadruk te geven (drieslag).
    Bloed, zweet en tranen.
    Heerlijk, helder, Heineken.
Stijlfiguren

Slide 13 - Slide

Zoek online een spreekwoord, uitdrukking of gezegde op waarin het stijlfiguur overdrijving of opsomming in drieën in voorkomt.
Noteer wat je hebt gevonden.
Overdrijving of opsomming?
timer
3:00

Slide 14 - Slide

stijlfiguren

Slide 15 - Mind map

Uitlegfilmpje!

Slide 16 - Slide

Wat?
Cursus 4 Taal, paragraaf 2: Stijl
Opdracht 1, 2, 3 en 4 (blz. 88-89).
Hoe?
Zelfstandig of in tweetallen.
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt.
Tijd
10 minuten.

Klaar?
Lees paragraaf 3 (jongerentaal) alvast door.
Maak een samenvatting of woordweb van de
cursus Taal tot nu toe.
Aan de slag
timer
10:00

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

  • Je weet wat lastig kan zijn aan het leren van Nederlands als tweede taal.
  • Je weet wat stijlfiguren zijn.
  • Je kunt de stijlfiguren overdrijving en opsomming (in drieën) herkennen.
Lesdoelen

Slide 19 - Slide

Waarom gebruiken schrijvers stijlfiguren?

Slide 20 - Open question

Wat is het verschil tussen een overdrijving en een opsomming (in drieën)?

Slide 21 - Open question

Wie heeft nog een vraag over wat we vandaag hebben behandeld?

Slide 22 - Slide

Neem deel onze LessonUp klas
Wat kun je hier vinden?
  • LessonUps
  • Video's
  • Handige websites 

Klassencodes:
u2tc: ncejj

Slide 23 - Slide