Grammatica 20 deel 1 en 2

welkom
Pak je lees- en lesboek .
Binnen 2 minuten zit iedereen te lezen.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

welkom
Pak je lees- en lesboek .
Binnen 2 minuten zit iedereen te lezen.

Slide 1 - Slide

grammatica h 20
so  h20-22 maandag 4 of dinsdag 5 april
blz 82 persoonsvorm en onderwerp 

persoonsvorm= de vorm van het werkwoord die hoort bij de belangrijkste persoon, het onderwerp van de zin.

Slide 2 - Slide

persoonsvorm vinden
Tijd- t.t of v.t
Enkelvoud-meervoud
Maak de zin vragend, de pv komt vooraan

Wat voor de pv kan staan, is één zinsdeel

Slide 3 - Slide

opdrachten
Maak opdracht 1,  2, 3 van blz. 83

Klaar?  Pak je boek en ga lezen

Slide 4 - Slide

1a. zag vt  ev
b. valt tt ev
c. moeten tt mv
d werd vt ev
e. verlaagt tt ev
f. hebben tt mv
g. doe tt ev
h. verpestte vt ev



Slide 5 - Slide

a In deze gemeente / rijdt / de helft van de bewoners / in een Volvo.
b Zestig journalisten uit twaalf landen / onderzochten / maandenlang / het Europese voetbal.
c In totaal / bevat / dit pakket / twee kilo kaas.
d De Grieken / zijn / erg goed / in groenteschotels.
 

Slide 6 - Slide

e De populaire animatieserie Buurman en Buurman / viert / haar veertigste verjaardag.
f De Nederlandse estafetteploeg / heeft / in Canada / zilver / gewonnen.
g In Brazilië / graven / rovers / een tunnel van 600 meter naar de bank.
h Via een oproep op Facebook / hebben / we / onze vermiste kat / teruggevonden. 

Slide 7 - Slide

Welkom
Pak je lees- en lesboek .
Binnen 2 minuten zit iedereen te lezen.

Slide 8 - Slide

onderwerp
blz 84
wie of wat + pv= o
Verandert de pv van e.v naar m.v of andersom, dan verandert het onderwerp mee.
Het O kan één woord zijn maar ook een groep woorden.
Zinnen in de gebiedende wijs hebben (vaak) geen onderwerp.

Slide 9 - Slide

opdrachten
Maak opdracht 6 en 7 van blz 85.
Klaar? Opdracht 8.
Klaar? Lezen!

Slide 10 - Slide

a. warmt
b. heeft
c. werden
d. zijn
e. maakt
f. gooide
g. is
h. is
i. blijken
j. zijn
de aarde ev
de politie ev
de data mv
de hersenen van dementer  mv
een groot deel v.d. vluchtel   ev
een massa vbsupporters   ev
zijn verz. oldtimers ev
het gemid. aantal kin per vr ev
de kleinere stenen van St  mv
alle musea mv

Slide 11 - Slide

opdracht 7
a Zowel het onderwerp als de persoonsvorm ontbreken.
b De persoonsvorm ontbreekt.
c Het onderwerp ontbreekt.
d Zowel het onderwerp als de persoonsvorm ontbreken.

Slide 12 - Slide