M2 07-10-24 begrijpend lezen: hoofd- en bijzaken

Goedemorgen 
Programma:
Cursus Meer dan lezen:

  • Hoofd- en bijzaken theorie en quiz
  •  Tekstverbanden & signaalwoorden
  • Zelfstandig werken



Doel van deze les:

  • Je kunt hoofd- en bijzaken in een tekst herkennen & onderscheiden
  • Je kunt de theorie toepassen én aan elkaar uitleggen!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Goedemorgen 
Programma:
Cursus Meer dan lezen:

  • Hoofd- en bijzaken theorie en quiz
  •  Tekstverbanden & signaalwoorden
  • Zelfstandig werken



Doel van deze les:

  • Je kunt hoofd- en bijzaken in een tekst herkennen & onderscheiden
  • Je kunt de theorie toepassen én aan elkaar uitleggen!

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

begrijpend lezen

Slide 3 - Mind map

Wat is het verschil tussen een hoofd- en bijzaak?
A
Een hoofdzaak is het belangrijkste in een tekst
B
Een bijzaak is het belangrijkste in een tekst
C
Een hoofdzaak is minder belangrijk in een tekst
D
Een bijzaak is minder belangrijk in een tekst

Slide 4 - Quiz

Is de volgende zin een hoofd- of bijzaak?
Het succes van de Quadricycle trekt investeerders aan, die Ford helpen om in 1899 zijn eigen autofabriek op te zetten.
A
hoofdzaak
B
bijzaak

Slide 5 - Quiz

Check in -vraag:

Ik weet wat hoofd- en bijzaken zijn in een tekst en kan ze in een tekst herkennen.
A
B
C

Slide 6 - Quiz

Hoofd- en bijzaken:
Wat zijn hoofdzaken?
A
De belangrijkste zaken uit de tekst
B
Extra uitleg
C
De eerste zin van elke alinea
D
De minst belangrijke zaken uit de tekst

Slide 7 - Quiz

Is de volgende zin een hoofd- of bijzaak?

De topsnelheid is 32 kilometer per uur, heel wat in die tijd.
A
hoofdzaak
B
bijzaak

Slide 8 - Quiz

Is deze zin uit de tekst een hoofd- of bijzaak?

Dankzij dit enorme project is ZuidwestNederland stukken beter beveiligd tegen overstromingen.
A
Hoofdzaak
B
Bijzaak

Slide 9 - Quiz

Waarom zijn signaalwoorden belangrijk bij het
bepalen van de hoofd- en bijzaken?
timer
0:30
A
Signaalwoorden bepalen wat een hoofd- of bijzaak is.
B
Signaalwoorden geven aan wanneer er een hoofdzaak volgt.
C
Signaalwoorden kunnen aangeven dat er een hoofd- of bijzaak volgt.
D
Signaalwoorden geven aan wanneer er een bijzaak volgt.

Slide 10 - Quiz

Het is wetenschappelijk bewezen dat lezen goed voor je is.
Hoofd of bijzaak?
A
Hoofdzaak
B
Bijzaak

Slide 11 - Quiz

Juist of Onjuist?
Zowel hoofd- als bijzaken vind je in de kernzinnen van de tekst.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

Zijn hoofd of bijzaken belangrijker in een tekst?
A
hoofdzaken belangrijker dan bijzaken
B
bijzaken belangrijker dan hoofdzaken

Slide 13 - Quiz

Wist je nog wat hoofd- en bijzaken zijn?
A
ja
B
een beetje
C
nee

Slide 14 - Quiz

Een kernzin bevat ....
A
hoofdzaken
B
bijzaken
C
hoofd- en bijzaken

Slide 15 - Quiz

Voor een samenvatting heb ik nodig de...
A
hoofdzaken
B
bijzaken
C
hoofd- en bijzaken

Slide 16 - Quiz

Ik kan de hoofd- en bijzaken onderscheiden en de kernzinnen in een tekst herkennen.
A
Dat kan ik heel goed.
B
Dat vind ik soms nog wel moeilijk.
C
Daar snap ik niets van.

Slide 17 - Quiz

Welk tekstdoel hoort bij een nieuwsbericht?
A
instrueren
B
informeren
C
amuseren
D
activeren

Slide 18 - Quiz

Noem een signaalwoord dat een tegenstelling aangeeft.

Slide 19 - Open question

Wat vind je makkelijker: meerkeuze of open vragen?

Slide 20 - Open question

Wat weet je over de hoofdgedachte van de tekst?
A
het onderwerp komt erin voor
B
bevat de belangrijkste informatie over de tekst
C
is een hele zin
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 21 - Quiz

extra uitleg nodig over?

Slide 22 - Mind map