De lezer overtuigen

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vandaag:

- Bespreken opdracht 1, 3 en 5 (blz. 99 en 101). 
- H. 25 De lezer overtuigen
Je leert hoe je in een betogende tekst de lezer overtuigt van jouw standpunt met argumenten. 


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

hypercorrectie

Slide 4 - Slide

H. 25 De lezer overtuigen
Je leert hoe je in een betogende tekst de lezer overtuigt van jouw standpunt met argumenten. 

Betoog: tekst die gaat over het standpunt van de schrijver.
Standpunt: mening
Argument: waarom je iets vindt. 

Slide 5 - Slide

Dat de maximum snelheid op de snelweg is verlaagd is goed. Het is beter voor het milieu.
A
argument - standpunt
B
standpunt - argument

Slide 6 - Quiz

Het gaat straks regenen, ik zou maar een paraplu meenemen.
A
argument - standpunt
B
standpunt - argument

Slide 7 - Quiz

Drugs moeten helemaal gelegaliseerd worden. Dan daalt de criminaliteit.
A
argument - standpunt
B
standpunt - argument

Slide 8 - Quiz

Roken zou in Nederland helemaal verboden moeten worden.
A
informatieve tekst
B
betoog

Slide 9 - Quiz

Gisteren was er een grote kettingbotsing op de A1
A
informatieve tekst
B
betoog

Slide 10 - Quiz

PSV speelde voor de zesde keer op rij gelijk in een thuiswedstrijd.
A
informatieve tekst
B
betoog

Slide 11 - Quiz

Kom op 27 mei naar de rommelmarkt!
A
informatieve tekst
B
betoog

Slide 12 - Quiz


Maak opdracht 2 t/m 4 (blz. 103). 
timer
10:00
Overleg alleen fluisterend met diegene naast je. 

Slide 13 - Slide