A3C - P4 - Les 11 - Oefenen voor de toets

H3 - Sparen en lenen

Les 11
Oefenen voor
de toets
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

H3 - Sparen en lenen

Les 11
Oefenen voor
de toets

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?

  • Start + Welkom



  • Huiswerk bespreken
  • Wat moet je weten en kunnen voor de toets?

  • Aan het werk

  • Afsluiten

Slide 2 - Slide

Opdracht 3.4 a
Pieter Rienstra heeft op 1 maart 2013 een deel van de winst over 2012 op een spaarrekening gestort tegen 0,25% samengestelde interest per maand. Op 1 januari 2015 heeft de bank de interest veranderd in 3,00% samengestelde interest per jaar en dit percentage blijft vanaf 1 januari 2015 onveranderd. De interest wordt aan het eind van elke periode bijgeschreven op de spaarrekening.

a. Is het interestpercentage op jaarbasis op 1 januari 2015 verhoogd, verlaagd of gelijk gebleven? Licht het antwoord toe met een berekening waarbij wordt afgerond op drie decimalen.

Slide 3 - Slide

Opdracht 3.4 a
Pieter Rienstra heeft op 1 maart 2013 een deel van de winst over 2012 op een spaarrekening gestort tegen 0,25% samengestelde interest per maand. Op 1 januari 2015 heeft de bank de interest veranderd in 3,00% samengestelde interest per jaar en dit percentage blijft vanaf 1 januari 2015 onveranderd. De interest wordt aan het eind van elke periode bijgeschreven op de spaarrekening.

a. Is het interestpercentage op jaarbasis op 1 januari 2015 verhoogd, verlaagd of gelijk gebleven? Licht het antwoord toe met een berekening waarbij wordt afgerond op drie decimalen.
Antwoord: Verlaagd      op jaarbasis >   1,002512 ─ 1 = 1,03042 - 1 = 0,03042 = 3,042%.

Slide 4 - Slide

Opdracht 3.4 b
Op 1 januari 2019 was het saldo van de spaarrekening € 47.562,57. Er zijn tussen 1 maart 2013 en 1 januari 2019 geen tussentijdse stortingen en opnames geweest. 
Rente tot 1 januari 2015: 0,25% per maand, vanaf 1 januari 2015: 3% per jaar

b. Bereken het bedrag dat Pieter op 1 maart 2013 op de spaarrekening heeft gestort.

Slide 5 - Slide

Opdracht 3.4 b
Op 1 januari 2019 was het saldo van de spaarrekening € 47.562,57. Er zijn tussen 1 maart 2013 en 1 januari 2019 geen tussentijdse stortingen en opnames geweest. 
Rente tot 1 januari 2015: 0,25% per maand, vanaf 1 januari 2015: 3% per jaar
b. Bereken het bedrag dat Pieter op 1 maart 2013 op de spaarrekening heeft gestort.
Antwoord     47.562,57 / 1,034 = 42.258,73
                          42.258,73 / 1,002522 = 40.000

Slide 6 - Slide

Toets

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Vragen?
VRAGEN?

Slide 9 - Slide

Aan de slag!
WAT?               Oefenopdrachten 5 en 6
HOE?               Op papier
MET WIE?      Met z'n 2-en       
GELUID?        Fluistertoon
TIJD?               15 minuten
KLAAR?          Kijk je antwoorden na op Teams.
                           
timer
10:00

Slide 10 - Slide