1V 29/4

• Frans
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 5

Bonjour à tous!

Qui suis-je?

On me mange en salade

Je suis rouge

je suis la base de ketchup

Qui suis-je?

Je suis un fruit

je suis très acide

Je suis jaune

Lesdoelen/buts

Aan het eind van de les:

- poser des questions en français.

repondre à ces questions en francais

Qu'est-ce qu'on va faire?

- Parler en français! (un jeu)

Denken-delen-uitwisselen

1. Noteer de woorden die je kent die te maken hebben met eten/drinken

2. Vervolgens wissel je dit uit met je groepje

3. We bespreken uiteindelijk de           antwoorden.

Denken - Delen- Uitwisselen

• Tijd: Jullie krijgen 3 minuten de tijd.

• Hoe: Zelfstandig werken.

• Hulp: Als er vragen zijn steek je je hand op.

• Uitkomst: Bespreken met je groepje.

• Eerder klaar?  Il faut attendre.

• Wat: Noteer op een blaadje alle woorden die je kent die te maken hebben met eten/drinken (in het Frans).

Denken - Delen- Uitwisselen

• Tijd: Jullie krijgen 2 minuten de tijd.

• Hoe: Werken in groepjes van 3.

• Hulp: Vraag je groepje eerst om hulp, vervolgens de docente.

• Uitkomst: Uitwisselen met de rest van de klas

• Eerder klaar?  Il faut attendre.

• Wat: Deel je antwoorden met je groepje en creëer een woordenlijst.

La nourriture et les boissons

Le jeu : Qui est-ce?

Wat: 10 vragen per persoon

          Persoon A stelt een Franse vraag van het papier

          Persoon B beantwoordt de vraag in het Frans (hele zin!)

          Zoek per vraag 2 personen die ja beantwoorden op je vraag

Hoe: In het Frans.

Met wie:  Alle medestudenten  kijk elkaar aan als je spreekt.

Tijd? 10 minuten  ga zitten als het alarm afgaat.

Let op!: Je mag niet twee vragen achter elkaar aan dezelfde persoon stellen.

Klaar? Zoek verder naar meer personen.

Resultaat? Jullie kunnen vragen stellen, antwoord geven en de ontkenning gebruiken in het Frans.

Evaluation

Lesdoelen/buts

Aan het eind van de les:

- heb ik mijn woordenschat uitgebreid

- kan ik het wederkerend werkwoord in de présent gebruiken.