Thema 2 oefenen

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Thema 2 Oefenen

Noem 2 voorbeelden van zuivelproducten

Wat is het verschil tussen een voedingsstof en een voedingsmiddel?

Welke vier functies kunnen voedingsstoffen hebben?

Waarom heeft je lichaam bouwstoffen nodig?

Er zijn 6 voedingsstoffen, noem er minimaal 3

Waarvoor zijn voedingsvezels belangrijk?

Je kauwt je eten met je tanden, welke vorm van vertering is dit?

Hoe worden voedingsstoffen uit het voedsel opgenomen in het bloed?

Verteringssappen worden door verteringsklieren gemaakt. Noem er 2 verteringsklieren

Wat is de functie van enzymen?

Waar is de werking van een enzym afhankelijk van?

Wat voor soort spieren zitten er in de wand van het darmkanaal?

Welke voedingsstof wordt vereerd bij de letter A?

Hoe heet orgaan L en welke verteringssap produceert (maakt) het?

Wat is de naam van orgaan C? En welke voedingsstof wordt daar deels verteerd?

Wat is de naam van orgaan K en wat is de functie?

Welk orgaan (geef de letter aan) wordt verwijderd bij een blindedarm ontsteking

Hoe heet de kringspier die de endeldarm afsluit?

Wat is het verschil tussen THT en TGT?

Je kent de schijf van 5, hoe helpt die je gezond te eten?

Er zijn 3 bekende eetstoornissen, 2 daarvan veroorzaken ondergewicht en ondervoeding. Wat is het effect van ondervoeding?

Hoe heet een bekende voedselvergiftiging bacterie?

1. zalmnellabacterie
2. visellabacterie
3. kipellabacterie
4. salmonellabacterie

Hoe zorgt minder vlees eten voor een beter milieu?

Wat doen enzymen?

1. Enzymen verbranden voedingsstoffen
2. Enzymen maken voedingsstoffen kleiner
3. Enzymen bevatten verteringssappen
4. Enzymen nemen voedingstoffen op in het bloed

Overslaan bij tijdgebrek

Zet de organen van
het verteringsstelsel
in de juiste volgorde. 

Dunne darm

Slokdarm

Endeldarm

Dikke darm

Twaalfvingerige
darm

Maag

Welke factoren kunnen je gewicht bepalen? Noem er 3