B&F, spelling, blok 6 week 3 les 3

Spelling: Blok 6, week 2, les 3

Wat ga je leren:
Herkennen van het lidwoord en het zelfstandignaamwoord
                                 
1 / 10
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 4

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Spelling: Blok 6, week 2, les 3

Wat ga je leren:
Herkennen van het lidwoord en het zelfstandignaamwoord
                                 

Slide 1 - Slide

Onder de dekens slaapt pietertje pet.
Welke woorden moeten met een hoofdletter?
A
Onder
B
slaapt
C
pietertje
D
pet

Slide 2 - Quiz

Onder de dekens slaapt Pietertje Pet.
Wat is het werkwoord?
A
Onder
B
dekens
C
slaapt
D
Pet

Slide 3 - Quiz

Noem een samenstelling.

Slide 4 - Open question

Noem de drie lidwoorden:

Slide 5 - Open question

Zelfstandig naamwoord en lidwoord
Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. Je kunt er een lidwoord voor zetten.
Het lidwoord hoort bij een zelfstandig naamwoord. Het staat voor het zelfstandig naamwoord.
De lidwoorden zijn: de, het, een. 


Slide 6 - Slide

Voorbeelden 
Zelfstandig naamwoord: 
1. Is het een mens, dier of ding? 
2. Kan ik er een lidwoord voor zetten? 

piloot - de piloot
vliegtuig - de vliegtuig

Slide 7 - Slide

Noem een zelfstandig naamwoord

Slide 8 - Open question

er loopt een vrouw

Slide 9 - Open question

Ik eet graag snoep.

Slide 10 - Open question